Derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid - Zelfbedachte vragen adhv stof

15 belangrijke vragen over Derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid - Zelfbedachte vragen adhv stof

Welke drie elementen vallen onder de concrete toetsing van de omstandigheden van het geval bij het al dan niet toewijzen van de redelijkheid en billijkheid?

  • De aard van de gesloten overeenkomst (bijv. Verzekering, koop arbeidsovk)

  • De aard van de geldende regel in de ovk. Vloeit de betwiste regel voort uit een partijafspraak of een toepasselijke wet of gewoonte, is de betwiste regel van dwingend dan wel van regelend recht, beschermt de betwiste regel het individueel of algemeen belang, dan wel de rechtszekerheid?

  • De reikwijdte van de geldende regel in ovk. Heeft de regel een algemene of bijzondere strekking? Aan een algemene regel zal eerder worden gederogeerd dan aan een regel die voor een bijzonder geval geschreven is.

Een exoneratiebeding tegenover een consument wordt vermoed onredelijk bezwarend te zijn.

  Op welke artikelen kun je je beroepen?

Vermoedelijk onredelijk bezwarend jegens consument(ex 6:233 sub a jo. 6:237 sub f)

Maar, een beroep op 6:233 sluit niet uit dat je ook een beroep op 6:248 kunt doen!

Wanneer vindt toetsing ex art. 6:248 lid BW vooral plaats?

De toetsing vindt vooral plaats na het sluiten van de overeenkomst voorgevallen gedragingen of omstandigheden.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is rechtsverwerking?

Noem een voorbeelden adhv een wetsartikelen

Men spreekt van rechtsverwerking als iemand op grond van eigen gedragingen (handelen of nalaten) een hem toekomend recht of bevoegdheid geheel of gedeeltelijk verspeelt.

Voorbeelden zijn:
  • niet tijdig protesteren ter zake van gebrekkige prestaties. 6:89 BW en voor koop 7:23 BW.
  • niet reageren binnen een door de schuldenaar gestelde redelijke termijn. 6:88 BW  

Wat is een bindende partijbeslissing?

Als er contractueel aan een partij bij een overeenkomst de bevoegdheid is toegekend om bindende beslissing te geven op iets.

Voorbeeld:
Te denken valt aan een bepaling in een arbeidscontract met een bestuurder van een bedrijf, waarin aan de raad van commissarissen de bevoegdheid is toegekend om gratificaties (bonus) toe te kennen, dan wel te weigeren.

Wat als een bindende partijbeslissing met inhoud of wijze van totstandkoming ogv red en bil onaanvaardbaar is?

Dan kan die beslissing worden vernietigd ex 7:904 lid 1 jo. 7:906BW

Bij een onvoorziene omstandigheid kunnen partijen de gevolgen vd ovk wijzigen of geheel of gedeeltelijk ontbinden. 6:258 lid 1 BW

Kunnen partijen er ook voor zorgen dat onvoorziene wijzigingen niet intreden?

Ja, dit kan als de partijen de voorziene omstandigheden uitdrukkelijk of stilzwijgend in hun ovk hebben verdisconteerd.

Wat is het verdisconteren van voorzienbare wijzigingen in een overeenkomst?

Dat wil zeggen risico's die uitdrukkelijk of stilzwijgend in de overeenkomst worden opgenomen.

Dus welke risico's er zijn aanvaard.

Hoe moet nu worden vastgesteld dat er voorziene wijzigingen zijn aanvaard?

Dat moet door uitleg worden vastgesteld:
  • aard en strekking ovk
  • omstandigheden bij sluiting ovk (mogelijk dus ook voorzienbaarheid!)
  • de verkeersopvattingen en billijkheid

Is artikel 6:258 dwingend of regelend recht en welke artikel heeft overeenkomsten?

Artikel 6:258 is overeenkomstig 6:250 van dwingend recht, maar partijen kunnen wijziging of ontbinding vanwege bepaalde omstandigheden uitsluiten.

Wat betekent het nominaliteitsbeginsel 6:111BW?

  • Depreciatie (daling) van geld komt voor rekening van de schuldeiser
  • appreciatie (stijging)  voor rekening van de schuldenaar.

Gezien het feit dat 6:258 een lex specialis is van 6:2 en 6:248,

Kunnen deze artikelen ook in samenloop worden toegepast?

Eerst was een rechtstreeks beroep op de red en bil niet mogelijk, als onvoorziene omstandigheden in beeld is.

Maar gezien de recente jurisprudentie is het verdedigbaar dat samenloop met red en bil niet meer langer is uitgesloten. (zie nr 294 rechtsh. En ovk)

Met welke verbintenisrechtelijke leerstukken heeft 6:258 raakvlakken?

  • Dwaling (6:228).
Het verschil met onvoorziene omst. (imprévision) bestaat eruit dat dwaling betrekking heeft op het moment van de contractsluiting, terwijl imprévision juist ziet op na de contractsluiting. Bij een tot op heden herleidbare dwaling omtrent toekomstige omstandigheden kunnen ze beiden worden toegepast!

  • Niet-nakoming (6:74.)
Imprévision speelt ter zake van tekortkoming een aanvullende rol. Dit kan ingeroepen worden door een schuldenaar indien een onvoorziene omstandigheid nakoming voor hem zeer bezwaarlijk maakt, of als hij door onvoorziene omstandigheden in (langdurige) tijdelijke overmacht komt te verkeren.

Bij blijvende overmacht (oorlog, natuurramp etc. door onvoorziene omstandigheid kan de crediteur ook de wederkerige ovk ontbinden.

Op grond van welk artikel?

6:265 BW, dan is ontbinden ex 6:258 niet eens nodig!

Tijdelijke overmacht kan leiden tot ernstige verstoring van het evenwicht tussen de toegezegde prestaties.

Noem een voorbeeld en oplossing

De waarde van de krachtens ovk te leveren goederen kunnen tijdens de periode van overmacht sterk zijn gestegen.

In dit geval een niet-toerekenbare tekortkoming (6:75), kan de red en bil ex 6:258 BW met zich brengen dat partijen hun rechtsverhouding dienen aan te passen of te beëindigen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo