Toetsing van de rechtmatigheid van opzegging van krediet door een bank - Viëtor - (De tussen)stand: opzegging van krediet
5 belangrijke vragen over Toetsing van de rechtmatigheid van opzegging van krediet door een bank - Viëtor - (De tussen)stand: opzegging van krediet
Welke twee stromingen zijn er ten aanzien van de verhouding tussen art. 6:248 lid 2 BW en 3:13 lid 2 (derde geval) BW?
(1) voor art. 3:13 BW is geen rol weg gelegd in het contractenrecht;
(2) 6:248 lid 2 Bw en 3:13 BW vallen samen.
Welke stroming t.a.v. 6:28 lid 2 en 3:13 BW hangt de schrijver aan?
De stroming dat er geen rol is weggelegd voor artikel 3:13 BW in het contractenrecht. Acht het overigens voor de praktijk niet relevant.
De hoven gaan uit van een terughoudende toetsing. Is dit kenmerkend voor toetsing in het kader van art. 6:248 lid 2 BW?
Nee, dit is vaste rechtspraak.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Dicht de schrijver een bijzondere zorgplicht toe aan banken?
Nee, schrijver stelt zich op het punt dat het niet evident is dat er op banken een bijzondere zorgplicht rust.
Acht de schrijver een rol weggelegd voor proportionaliteit en subsidiariteit?
Nee, zijn geen uitgangspunten in het contractenrecht.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden