Startpagina / Samenvattingen / Verschillen tussen mensen / omgeving-genen-studies

Nature vs. nurture

Q: Hoe kan je verschillen tussen individuen aan de hand van genetica verklaren?

- phenotypic variance = je kijkt naar individuele verschillen die je kan waarnemen (lengte, gewicht etc.) Kan je toeschrijven aan: - genotypic variance = je kijkt naar individuele verschillen in de totale collectie van genen die een persoon heeft. (niet waarneembaar) - environmentality = omgevingscomponent

Q: Wat zijn de vier metingen voor de invloed van de omgeving op de genen?

Twin studies = studie tussen MZ en DZ. MZ is 100% en DZ is 50% gelijk. selective breeding = het laten paren van dieren met dezelfde karaktereigenschappen. Resultaat is dat bepaalde eigenschappen sterk bepaald worden door genen. family studies = genetische samenhang/ correlatie tussen familieleden (meerdere generaties) adoption studies = er is gekeken naar de correlatie tussen adoptiekinderen en hun adoptieouders. kritiek adoption studies: selective placement, assumption of representativeness = kinderen worden niet zomaar uit huis geplaatst, vaak trauma, je kan ze dus niet goed vergelijken met andere kinderen.

Q: Wat zijn de drie dimensies van temperamenten en hoe link je ze met de Big Five?

1. activity level = output van actief gedrag --> Extraversion, approach 2. Sociability level = neiging om met anderen te zijn --> Agreeableness, Extraversion. Approach 3. Emotionality level = hoe emotioneel wordt je in vervelende situaties. --> Neuroticism, avoidance later toegevoegd 4. Effortful control = gefocust en gecontroleerd zijn in een situatie. --> Conscientiousness Rothbart kwam met approach & avoidance temperaments. = de neiging om beloningen te benaderen = de neiging om bedreigingen uit de weg te gaan

7 belangrijke vragen over Nature vs. nurture

Hoe kan je verschillen tussen individuen aan de hand van genetica verklaren?

- phenotypic variance = je kijkt naar individuele verschillen die je kan waarnemen (lengte, gewicht etc.) Kan je toeschrijven aan:
- genotypic variance = je kijkt naar individuele verschillen in de totale collectie van genen die een persoon heeft. (niet waarneembaar)
- environmentality = omgevingscomponent

Wat is de heritability index?

De mate van erfelijkheid = genen + omgeving
dus zowel de genen als de omgeving spelen een rol tussen individuele verschillen

Wat is de heritablility coefficient?

H^2= 2(rMZ -rDZ)
De uitkomst (H) is een percentage. Dit percentage geeft de mate van erfelijkheid aan.

Wat zijn de vier metingen voor de invloed van de omgeving op de genen?

Twin studies = studie tussen MZ en DZ. MZ is 100% en DZ is 50% gelijk.
selective breeding = het laten paren van dieren met dezelfde karaktereigenschappen. Resultaat is dat bepaalde eigenschappen sterk bepaald worden door genen.
family studies = genetische samenhang/ correlatie tussen familieleden (meerdere generaties)
adoption studies = er is gekeken naar de correlatie tussen adoptiekinderen en hun adoptieouders.

kritiek adoption studies: selective placement, assumption of representativeness = kinderen worden niet zomaar uit huis geplaatst, vaak trauma, je kan ze dus niet goed vergelijken met andere kinderen.

Wat is genotype-environment interaction?

Verschillende individuen met verschillende genotypes reageren anders in dezelfde omgeving.
Vb. Als jij heel introvert bent dan vind je het heel fijn om in een stille ruimte te zijn. Als je extravert bent dan vind je deze omgeving (de stille ruimte) juist niet fijn. Je hebt dus verschillende genotypes en verschillende reacties in dezelfde omgeving.

Wat is equal environment assumption?

Aanname dat identieke tweelingen (MZ) vaak gelijk behandeld worden als ze samen opgroeien.

Wat zijn de drie dimensies van temperamenten en hoe link je ze met de Big Five?

1. activity level = output van actief gedrag --> Extraversion, approach
2. Sociability level = neiging om met anderen te zijn --> Agreeableness, Extraversion. Approach
3. Emotionality level = hoe emotioneel wordt je in vervelende situaties. --> Neuroticism, avoidance
later toegevoegd 4. Effortful control = gefocust en gecontroleerd zijn in een situatie. --> Conscientiousness

Rothbart kwam met approach & avoidance temperaments.
= de neiging om beloningen te benaderen
= de neiging om bedreigingen uit de weg te gaan

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Verschillen tussen mensen

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Nature vs. nurture

7 belangrijke vragen over Nature vs. nurture

Hoe kan je verschillen tussen individuen aan de hand van genetica verklaren?

Wat is de heritability index?

Wat is de heritablility coefficient?

Wat zijn de vier metingen voor de invloed van de omgeving op de genen?

Wat is genotype-environment interaction?

Wat is equal environment assumption?

Wat zijn de drie dimensies van temperamenten en hoe link je ze met de Big Five?

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Zelfactualisatie of leren

Verschillen tussen mensen

Social Psychology

Statistiek Blok 3

Biologische psychologie

Klinische psychologie

Arbeidspsychologie

Human learning

2.1 cognitieve psychologie

2.3 Filosofie en geschiedenis van de psychol…

Blok 2.4 Perceptie

Blok 2.5 Psychometrie

Blok 2.6 Klinische psychologie