Verzekeringsrecht arresten

27 belangrijke vragen over Verzekeringsrecht arresten

Polygram arrest (Overeenkomstenrecht / Meldingsplicht)

Vaste gebruiken binnen groep of branche: bij uitleg beding kan daarmee rekening worden gehouden
proportionele toerekening

HR Trouwborst (Overeenkomstenrecht / Meldingsplicht)

Als de uitkomst van fase 1 duidelijk is, dient die ene lezing als uitgangspunt, ook al is dat nadeling voor de verzekeringsnemer




Twaalfhoven-Railwaypassengers (Overeenkomstenrecht / Meldingsplicht)

1)Er moet sprake zijn van een daadwerkelijk praktisch belang bij het inroepen van het beding. Er wordt echter alleen maar gekeken naar het belang van de verzekeraar en niet naar de omstandigheden van het geval. Nu is dat anders.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Zweeftoestel (Overeenkomstenrecht / Meldingsplicht)

Als een bepaling als (primaire) dekkingsbepaling wordt aangemerkt is - behoudens art. 6:248 lid 2 BW - deze in beginsel niet aan te tasten omdat het ‘’verzekeraars vrij moet staan naar eigen wens hun dekking te begrenzen’’

Kifid 10% grens (Opzegging van de verzekeringsovereenkomst)

Nieuwe verzekeringsovereenkomst bij meer dan 10% premieverhoging

T Witte Paardje (Bereddingsplicht)

Op grond van HR Nationale Nederlanden- ‘t Witte Paerdje moet worden aangenomen dat schade als gevolg van een verkeerde uitvoering van een bereddingsmaatregel ook als bereddingskosten voor rekening van de verzekeraar komen.
-Deze uitspraak is van belang omdat genoemde kosten niet als kosten in de zin van art. 7:957 lid 2 BW zijn aan te merken.
oDe kleding was niet een ingezette zaak voor de beredding
oOok geen kosten aan de berredingsmaatregel, maar om de kosten van het feit dat die spullen waardeloos waren geworden.

K en J Oost Nederland (Bereddingsplicht)

-In geval van een basiszorgverzekering kan een verzekeraar zelfs in het geheel geen eigen schuld-verweer voeren: zie art. 15 lid 2 Zvw. Op grond van HR K en J/Oost Nederland wordt aangenomen dat zulks ook geldt voor de aanvullende zorgverzekering.

HR 28 november 2014 (Subrogatie)

-Rb. Amsterdam 28-11-2012, ECLI:NL:RBAMS:2012:BY7234 r.o. 4.2: van een werkgever kan ook sprake zijn als de persoon in kwestie bij deze weliswaar niet in dienst is (maar bij een uitzendbureau) maar dit louter een administratieve kwestie is. Dit vonnis wordt bevestigd door Hof Amsterdam 29 oktober 2013, ECLI:NL:GHAMS:2013:3717 maar de Hoge Raad vernietigt deze uitspraak in zijn arrest van 28 november 2014, ECLI:NL:HR:2014:3461 (verplicht arrest) en houdt vast aan het criterium van de formele werkgever. Zie ook Van Zwieten NTHR 2015.

HR Nieuw Rotterdam (Subrogatie)

1.Ingeval de verzekeraar uitgekeerd heeft, rust het vorderingsrecht van rechtswege op de gesubrogeerde verzekeraar en kan de verzekerde de verzekeraar in beginsel niet meer binden. Zie voor een uitzondering HR Nieuw Rotterdam/Dirne voor zover de derde met de verzekerde een afspraak maakt en te goeder trouw een deel van de schade betaalt aan de verzekerde tegen finale kwijting. (6:34 BW)

HR Streek (Subrogatie)

Art 7:962 lid 3
Onder de in de onderhavige bepaling genoemde familieleden vallen niet broers en zussen maar wel opa en oma. De wetgever heeft niets gedaan met de ‘’vestzak-broekzak’’-kritiek – zie NJ-noot van Mijnssen - na Hoge Raad Rijnstreek III.

Bicack/Aegon (Risicoverzwaring)

In zijn arrest van 27 oktober 2000, NJ 2001, 120 (Bicak/Aegon) introduceert de Hoge Raad een causaliteitsvereiste bij preventieve garantieclausules: een beroep op de verval van recht-sanctie kan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn als er onvoldoende causaal verband is dus de schending van de verplichting en de voorgevallen schade. Bewijslast rust op de verzekerde.

HR Big Bananas (Risicoverzwaring)

Het gebruik van risicoverzwaringsmededelingsclausules. Zie HR Big Bananas in welke uitspraak de HR een verval van recht-sanctie in de verzekeringsvoorwaarden ‘’inleest

HR INA/Van den Broeke (Risicoverzwaring)

Langdurige leegstand kan als bestemmingswijziging gelden als in de polis vermeld staat dat het pand in gebruik is en de leegstand als zodanig van buitenaf kenbaar is

Matthes/Noordhollandsche (Risicoverzwaring)

Op grond van HR Matthes/Noordhollandsche komen alleen duidelijk sprekende gevallen in aanmerking. Een incidentele wijziging valt daar dus niet onder. Het moet gaan om structurele wijzigingen.

Modalfa Schermer (Risicoverzwaring)


HR Modalfa/Schermer heeft drie extra beperkingen geïntroduceerd bij de toepassing van onderhavige wetsbepaling:
1) Geen beroep op de onderhavige wetsbepaling als de bestemmingswijziging ongedaan is

gemaakt voor het plaatsvinden van het evenement.
2) Een causaliteitsvereiste
3) Geen beroep op de bepaling als de verzekeraar ongewijzigd continueert na op de hoogte te zijn geraakt van de wijziging.

Wimpy Bar (Risicoverzwaring)

Veel strikter HR 15 mei 1992, NJ 1993, 263: aanduiding Wimpy-bar in de polis werd als dekkingsomschrijving aangemerkt

Van den Berg/Interpolis (Risicoverzwaring)

Het arrest van de Hoge Raad V.d. Berg/Interpolis maakt duidelijk dat het niet van belang is of de bestemmingswijziging door toedoen of medeweten van de verzekerde heeft plaatsgevonden. Dat risico is voor de verzekerde. Deze kwestie is van belang bij de verhuur van panden waarin zonder medeweten van de verhuurder hennepteelt plaatsvind

HR Snikkers/Nationale Nederlanden

verlaten schuur, was zichtbaar verlaten. Was ook aan de hand: in het voorhuis was een café van gemaakt dus sowieso bestemmingswijziging

Van Spanje/Groep Josi (Risicoverzwaring)

Titel 7.17 BW kent geen wettelijke regeling aangaande risicoverzwaring en risicovermindering. Een algemene bescherming tegen risicoverzwaring en risicovermindering is ook niet via het algemene vermogensrecht te construere

Europeesche/OHRA (Samenloop)

Na-u-Clausule

Europeesche/ Zorg en zekerheid (Samenloop)

Regresrecht

HR Leenauto (Samenloop)

Uit het HR-arrest London/Aegon (Leenauto) wordt duidelijk dat van een ‘’harde’’ na-u-clausule alleen sprake kan zijn als de na-u-clausule een wegdenktournure kent.
-Indien een ‘’harde’’ en een ‘’zachte’’ clausule met elkaar botsen gaat de ‘’harde’’ clausule boven de ‘’zachte’’. Twee ‘’zachte’’ en twee ‘’harde’’ clausules vallen tegen elkaar weg: dan past men weer art. 7:961 lid 1 en met name lid 3 toe!   

Hotel Wilhelmina (Verzwijging en verkeerde opgave)

In de regeling van art. 7:928-931 BW wordt steeds gesproken over de verzekeraar. Daarmee wordt bedoeld de redelijk handelend verzekeraar niet de individuele verzekeraar in kwestie. Vgl. PG titel 7.17 BW, p. 39. HR Hotel Wilhelmina is dus ook het uitgangspunt in titel 7.17 BW. Redelijk handelend verzekeraar en gemiddelde verzekeraar zijn geen synoniemen.

HR Aegon/BMA (Verzwijging en verkeerde opgave)

Er geldt geen spontane aanvullende mededelingsplicht: de vragenlijst moet dus compleet zijn en een algemene slotvraag lost dat niet op. Zie ook HR Aegon/BM

HR Huls/NLP (Verzwijging en verkeerde opgave)

Art. 7:928 lid 4 eerste zin maakt duidelijk dat er van de verzekeraar ook het nodige – zoals bijv. branchekennis en feiten van alg. bekendheid - mag worden verwacht in de precontractuele fase: de dwaling mag niet onverschoonbaar zijn. Onderhavige bepaling bouwt voort op het niet-verzekeringsrechtelijke arrest Baris-Riezenkamp. Vgl. ook arrest Huls-NLP (arrest van voor invoering titel 7.17) dat makkelijk onder deze bepaling kan worden geschoven: verzekeraar moet zich houden aan zijn standaardacceptatieprocedure want dwaalt anders onverschoonbaar: verzekeraar had dan bepaalde feiten kunnen weten (zit in woord ‘behoren’)

X/ASR (Verjaring)

Dit betekent dat art. 7:942 lid 2 (oud) BW aldus moet worden uitgelegd dat in geval van een tweede (of volgende) schriftelijke aanspraak van de tot uitkering gerechtigde (er geldt i.c. dus volgens de HR niet de stuitingswijze ex art. 3:317 BW, MLH), na een eerdere afwijzing door de verzekeraar, slechts dan een nieuwe verjaringstermijn begint te lopen indien de verzekeraar opnieuw bij aangetekende brief ondubbelzinnig heeft medegedeeld de aanspraak af te wijzen, onder de eveneens ondubbelzinnige vermelding van het in lid 3 vermelde rechtsgevolg.’’

KIFID Onderzoeksplicht verzekerde (Verjaring)

Subjectief criterium verjaring:
Bekend met de opeisbaarheid van de vordering
   - Wel enig onderzoek vereist

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo