VARKEN - abortus

16 belangrijke vragen over VARKEN - abortus

Welke virussen abortus?

PRRSV, EMCV, Ziekte van Aujeszky, klassieke varkenspest

Ziekte van Aujeszky - eigenschappen + transmissie

= Pseudorabiesvirus = Suid herpesvirus type 1
Veroorzaakt centrale zenuwstoornissen, abortus en AH-stoornissen.


Viruseigenschappen: Groot virus, envelop -->weinig resistent, gevoelig aan detergenten en de meeste desinfectantia.

Er zitten veel glycoproteïnen in de envelop.

Is 1 van de sterkte virussen om zijn ding te doen in het varken.


Transmissie: oronasaal, direct contact, aërogeen, via melk, sperma, transplacentair.

Ziekte van Aujeszky - virologische synaps!!

= 2 cellen die tegen elkaar gaan plakken --> antistoffen kunnen hier niet tussen. Kunnen geen neutralisatie doen. Duidelijk gekend voor HIV.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Ziekte van Aujeszky - pathogenese!!!

  • Vermeerdert thv bovenste ademhalingswegen (soms beetje long)
  • Heel snel transneuronale spreiding richting hersenen. Bij jonge biggen zijn er geen barrières --> geeft aanleidingtot zeer hoge mortaliteit en zeer zware zenuwstoornissen.
  • Na 5-6 weken geen mortaliteit meer --> virus blijft in trigeminus
  • Celgeassocieerde viremie (monocyten)
  • Replicatie op verschillende plaatsen inwendig (lymfoïde weefsels, baarmoeder)

Ziekte van Aujeszky - kliniek

Bij biggen (tot 2-3 weken): zenuwstoornissen + massale sterfte. Incubatieperiode = 3 dagen.
Bij volwassen dieren: snuiven (volledige congestie/ontsteking en kan gaan tot necrotiserende ontsteking in de neus) --> dieren eten niet meer (anorexie, gewichtsverlies) en vertonen koorts en liggen plat.
Tonsillen bij varken kunnen zwaar ontstoken zijn (door secundaire bacteriële infectie).
Long: puntjes op long (necrose), komt niet voor onder normale omstandigheden.
Bi drachtige zeugen: abortus

Ziekte van Aujeszky - immuniteit - algemeen

Virus zal vermeerderen gedurende een week.
Na een week: antistoffen komen op
Virus blijft aanwezig in de tweede week (door tropisme met monocyten).
Op 9-10 dagen: neutraliserende & niet-neutraliserende antistoffen
Ook CD8+ cellen komen op en na een paar maanden zijn deze weer weg.
Maternale antistoffen afkomstig van immune zeugen beschermen biggen zeer efficiënt tegen CZS-stoornissen --> virus kan niet vermeerderen.

Ziekte van Aujeszky - specifieke immuniteit tegen Aujeszky - antistoffen

Antistoffen gericht tegen AV glycoproteïnen:
  • Activiteit tegen vrij virus:
    • Neutralisatie
    • Complement-gemedieerde inactivatie
  • Activiteit tegen geïnfecteerde cellen:
    • Antistof-afhankelijke cellyse (door complement of fagocyten)
      --> via complementactivatie en Fc-receptor op fagocyten.
    • Plaque reductie

Antistoffen kunnen enkel werken op moment dat late eiwitten tot expressie komen --> infectieuze viruspartikels zitten al in de cel.

Ziekte van Aujeszky - specifieke immuniteit tegen Aujeszky - cytotoxische T-lymfocyten

Cytotoxische T-lymfocyten gericht tegen AV peptiden
  • Activiteit tegen geïnfecteerde cellen:
    • Lyse van geïnfecteerde cellen, die MHCI + viral peptides tot expressie brengen
      • MHCI komt tot expressie en wordt herkent door cytotoxische T’s met daarop T-cel receptor die dit complex herkent en kan interageren --> gaat geïnfecteerde cel lyseren.

Kunnen cellen uitschakelen vooraleer virus gevormd wordt.

Ziekte van Aujeszky - latentie en reactivatie

Latentie = zeldzaam bij PRV, maar kan wel.

Reactivatie
Door toedienen van corticosteroïden (dosis is hoger + langer).
--> virus gaat weer repliceren, je krijgt wel iets van vermeerdering maar dit wordt gelijk geblokt door cytotoxische T’s en antistoffen.

Ziekte van aujeszky - pathogenese bij gevaccineerd varken

Ondanks dat varken gevaccineerd was --> nog altijd infectie en abortus!!
Virus boort dwars doorheen placenta en kruipt foetus binnen.

Ziekte van Aujeszky - immuno-evasie

Aujeskyvirus-geïnfecteerde bloedmonocyten kunnen overleven in het bloed van gevaccineerde varkens door:
  • Internalisatie --> cel is niet zichtbaar voor antistoffen
  • Ook MHC-I verdwijnt

gB en gD zijn hiervoor belangrijk.

Klassieke varkenspest - algemeen + eigenschappen + overdracht

Komt hier niet meer voor.
Veroorzaakt overal bloedingen.

Viruseigenschappen: = Flaviviridae (net als West-Nijl bij paard)
Envelop --> niet resistent
Kan lang aanwezig blijven in vlees
Heeft 1 serotype en verschillende biotypes (typische = bloedingen en atypische = chronische)

Virus heeft veel niet-structurele eiwitten en 3 belangrijke structurele glycoproteïnen:Erns, E1 en E2.

Overdracht: oronasaal, direct contact, +- aerogeen, omgeving, vlees, via sperma, transplacentair en iatrogeen!!!!
Buurtbesmetting speelt duidelijk een belangrijke rol bij de verspreiding van het virus!
Reservoir = wilde varkens & everzwijnen en gaat over naar gedomesticeerd varken

Klassieke varkenspest - pathogenese

  • Vooral orale opname
  • Primaire vermeerdering in tonsillen en ln. retropharyngeale mediale
  • Viremie (zowel vrij als cel-geassocieerd (lymfocyt))
  • Dan naar endotheel en lymfoïde weefsels (lnn., milt, thymus, rode beenmerg) en baarmoeder/sperma

Klassieke varkenspest - kliniek: typisch/ acute vorm

Incubatieperiode: 3 tot 10 dagen
Hoge koorts (door zware viremie), depressie, anorexia, obstipatie, conjunctivitis, leukopenie.
Bloedingen (6-8 p.i.), diarree (waterige, gele feces), zenuwstoornissen en blauwverkleuringen.
Dood (80%) - meestal na 9-15 dagen.
Bloedingen komen voor in verschillende organen als gevolg van necrose van capillaire endotheelcellen.

Klassieke varkenspest - kliniek: atypisch/chronische vorm

Geeft intermitterende ziekteperioden met: koorts, anorexia, diarree, alopecie,bleek, zeldzaam wankele gang, slechte groei, hoog aantal achterblijvers en verhoogde uitval (20-30%)
--> IMMUNO-EVASIE!!!! (aantasting van lymfoïd stelsel gebeurt geleidelijk met ontwikkeling van een immunodepletie en immunosuppressie)

Klassieke varkenspest - kliniek: bij drachtige zeug

Abortus (snelle spreiding)
Afwijkingen bij geboorte (trage spreiding):
  • Infectie foetus < 70 dagen dracht: immunotolerantie of sterfte (embryonale sterfte/mummie)
  • Infectie foetus > 70 dagen dracht: vorming van antistoffen, sterfte (mummie-doodgeboorte) of overleven (zwakgeboren, abnormaal of normaal)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo