Samenvatting: Visie Op Begeleiden

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Visie op begeleiden

• 1 Wat is opvoeden? Wat is opvoeding?

• 1.1.2 Pedagogie, pedagogiek, pedagologie

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat houdt Agogie in, in de orthopedagogie?

  Dat is het handelen, het doen, de praktijk, het begeleiden van veranderingen.

• Wat houdt Agogiek in, in de orthopedagogie?

  Dat is de wetenschap van het handelen, de theorievorming.

• Wat houdt ortho in, bij orthopedagogie?

  Dat betekent recht (Grieks) - begeleiden van kinderen met een ontwikkelingsstoornis.

• Wat betekent een lineair causaal verband?

  Rechtlijnig-oorzakelijk. Is een onbewuste overtuiging. De werking van dit ene middel altijd via die ene weg gaat en altijd dat ene gevolg heeft.

• Wat is een zijnservaring of existentiële ervaring?

  Dit zijn ervaringen die het verschil maken, die betekenissen en zingeving veranderen, die ons wezen fundamenteel veranderen. 
  

  • Kan groot of klein zijn 
  • Zijn persoonlijk en weerspiegelen zich in ons gedrag
  • Zijnsontmoetingen (die persoon heeft iets in mij verandert)
  • Kan positief of negatief zijn

• 1.2.1 Nood aan een sluitende definitie

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Welke 5 verschillende betekenissen wordt er aan opvoeding gegeven vanwege de nood aan een sluitende definitie?

  1. Opvoeding als handeling
     (Ik voed kinderen op)
  2. Opvoeding als resultaat
     (Ik heb een goede opvoeding gehad)
  3. Menselijk begrip
     (Voed ik mijn hond op als ik hem africht?)
  4. Zelfopvoeding
     (Kunnen mensen zichzelf opvoeden?)
  5. Enkel bij kinderen of ook als volwassene of oudere?
     (Dienen & kunnen volwassene en oudere nog opgevoed worden?)
     

• Wat houdt een formele definitie in, in het verschijnsel opvoeding?

  • Het typeren van opvoeding
    
  • Is universeel
  • Heeft wezenskenmerken

• Wat houdt een inhoudelijke definitie in, in het verschijnsel opvoeding? (Ideaal definitie)

  • Het typeren van een goede opvoeding
    
  • Heeft een persoonlijke waarde invulling (wat jij zelf belangrijk vindt)

• 1.2.4 Opvoeding volgens invloedrijke figuren uit het pedagogisch werkveld

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.4
  Laat hier meer flashcards zien

• Bij welke pedagoog past de volgende stelling: "Elk kind is van nature goed?". Geef uitleg bij deze pedagoog.

  Jean-Jaques Rousseau.
  

  • ... Totdat deze door de maatschappij wordt "verwoest".
  • Elk kind is uniek en heeft vrijheid nodig om zich te kunnen ontplooien.
  • Verbondenheid met de natuur, opvoeding in een veilig, natuurlijk klimaat.
  • Tegelijkertijd belang van socialisering, verbinding met de samenleving.  

• Bij welke pedagoog past de volgende stelling: "Kinderen leren voor het leven". Geef uitleg bij deze pedagoog.

  Rudolf Steiner
  

  • Natuurlijke behoefte om zich te ontwikkelen
  • De ontwikkeling van het gevoelsleven en creatieve vorming als basis voor de verstandelijke ontwikkeling
  • Leren door te doen
  • Rust, ritme & regelmaat
  • Methodeonderwijs: Steinerschool & Waldorfschool