Samenvatting: Vitale Democratie Theorie Van Democratie In Actie | 9789053569573 | Frank Hendriks
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Vitale Democratie Theorie Van Democratie In Actie | 9789053569573 | Frank Hendriks
-
1 democratie in meervoud
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom heeft een democratie vormen in sommige landen geen zin?
Omdat er geen rechtsstaat is en daarom heeft een democratie vormen geen waarde. -
Welke 5 belangrijke elementen heeft een rechtsstaat?
- Constitutie en legaliteitsbeginsel
- De voorafgaande rechtsregel
- Scheiding der machten
- Onafhankelijke rechtspraak
- Grondrechten
- Constitutie en legaliteitsbeginsel
-
Onderscheid in verschillende definities: Wat is het verschil tussen empirisch-descriptief en normatief?
Empirisch-descriptief (hoe het is):- Je
probeert tebeschrijven hoe dedemocratie werkt. - Dit kan dus
afwijken perpersoon omdat je dit anders kanwaarnemen . - Door te zeggen dat je het
eens bent met dedefinitie is hetempirisch . Normatief (hoe het zou moeten zijn):
- Je
omschrijft wat het zou moeten zijn. - Dit kan dus ook
afwijken perpersoon . - Als je
twijfelt of dedefinitie waar is, is het normatief.
-
Onderscheid in verschillende definities: Wat is het verschil tussen formeel en materieel?
Formeel (focus opbesluitvormingsmethode )Helft + 1- Het proces > meeste stemmen gelden.
Materieel (inhoud vanbesluiten )- Gaat niet alleen om de stemmen, maar ook om de
vrijheid ,gelijkheid en rechten van deminderheden terespecteren .
- Wanneer ik zeg dat de
rechtsstaat voorafgaat aan dedemocratie , dan is ditliberale democratie .
-
Leg de 5 democratische idealen van Dahl uit (= normatief).
Effectieve participatie Iedereen mag demogelijkheid hebben om hun visiekenbaar te maken.- Gelijke
stemrecht Iedereen moet kunnenstemmen .Verlichte begripsvorming - Je wil weten
waarvoor je stemt. Je moet kennis hebben over waar je eenbesluit over kan nemen. Beheersing van deagenda Deelnemers kunneninvloed hebben waar webesluiten over nemen, want dan doet het er pas toe.Inclusie vanvolwassenen - Elke
volwassenen heeft dezelfderechten en kanmeedoen .
-
Het ideaal van Dahl is niet altijd haalbaar, maar wat is dan volgens hem in elk geval nodig? Benoem de 6 punten.
- Gekozen gemachtigden
- overheidsbesluiten worden gecontroleerd en gelegitimeerd door gekozen volksvertegenwoordigers.
- Vrije eerlijke en redelijk frequente verkiezingen
- Door frequente verkiezingen kan je een keuze maken welk onderwerp je op de agenda wil hebben. Je hebt hier invloed op.
- Alternatieve informatiebronnen
- Burgers mogen uit alternatieve bronnen hun informatie halen.
- Vrijheid van de pers.
- Vrijheid van meningsuiting
- Burgers hebben het recht om zich ook kritisch te uiten.
- Vrijheid van vereniging
- Burgers hebben het recht zich aan te sluiten bij politieke partijen en belangengroepen.
- Inclusieve burgerrechten
- Alle burgers hebben dezelfde rechten en allemaal mogen ze meedoen.
- Gekozen gemachtigden
-
Waarom kan een bepaalde strategie van democratie niet onder 1 maatlat worden ondergebracht?
In de beoordeling van democratie hanteren verschillende actoren verschillende maatlatten, waarbij niet één maatlat een superieure legitimiteit bezit. Dit fundamentele gegeven moet worden erkend bij de typering van democratie. -
Hendriks maakt onderscheid tussen 4 basismodellen van democratie. Dit doet hij door 4 dimensies te onderscheiden. Leg deze dimensies uit a.d.h.v. 2 vragen die Hendriks hierover stelt: Hoe worden besluiten genomen en wie nemen die besluiten?
1. Hoe worden besluiten genomen?Aggregatieve democratie :Meerderheid beslist- meeste stemmen gelden.
- winner takes all
Integratieve democratie :Zoeken naar (volledige)overeenstemming /consensus- door te overleggen
- er samen uitkomen
beslissingen ?Directe democratie Burgers nemen zelfbeslissingen - Door henzelf, voor henzelf
Burgers zijn doe-het-zelversIndirecte democratie Burgers kiezenvertegenwoordigers - In plaats van anderen, voor het geheel
Burgers zijn toeschouwers
-
Welke democratiemodel past bij de dimensie: indirecte (representatie) versus aggregatief (stemmen) en leg deze uit.
Penduledemocratie - Is een
slinger die vanlinks naarrechts gaat. Tweepartijenmodel > de ene of anderepartij wint.- Voorbeeld
UK -Westminsterdemocratie - In
kiesdistricten geldt thewinner takes all. - In
vertegenwoordigende raden geldtmajority rule
- Is een
-
Welke democratiemodel past bij de dimensie: directe (zelfbeschikking) versus aggregatief (stemmen) en leg deze uit.
Kiezersdemocratie - referendum (grootschalig)
- Antwoord op vraagstelling ja/nee of voor/tegen.
- New England town meeting (kleinschaliger)
- Hand opsteken > ja/nee tellen > meeste stemmen gelden
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden