Spelling - Voornaamwoorden - Betrekkelijke voornaamwoorden
5 belangrijke vragen over Spelling - Voornaamwoorden - Betrekkelijke voornaamwoorden
Wanneer gebruik je wat en wanneer dat in een zin? Bijvoorbeeld:
Het boek dat ik lees
Het boek wat ik lees
1. na een onbepaald woord; iets, niets, alles, enige
2. Na een voornaamwoord; dat, datgene
3. Na een zelfstandig gebruikt bijvoegelijk naamwoord
Al is het het laatste wat . Het allereerste wat ik doe (meestal overtreffende trap)
4. Als het terugslaat op een hele zin
5. Als het antecedent niet genoemd is.
Wanneer gebruik je het betrekkelijke voornaamwoord 'wat'?
Hij koopt alles wat hij wil
2. Als het betrekking heeft op een overtreffende trap.
Het beste wat we voor u hebben, is een tweekamerappartement.
3. Als het betrekking heeft op een hele zin.
We gaan vanavond met zijn allen uit, wat heel gezellig is.
Wat is een betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antecedent?
Wie voor 1 maart reserveert, krijgt korting
Degene die voor 1 maart...
Wat je belooft, moet je doen.
Dat wat je belooft, moet je doen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is een betrekkelijk voornaamwoordelijk bijwoord?
Het huis WAARIN hij woont, is mooi.
Wanneer mag je een betrekkelijk voornaaamwoordelijk bijwoord gebruiken en waar niet?
Ewout is zijn naam, waarmee we erg blij zijn. KAN DUS NIET
Ewout is zijn naam, met wie we erg blij zijn.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden