Samenvatting: Voeding En Spijsvertering H15
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Voeding en spijsvertering H15
-
1 Voeding en spijsvertering H15
Dit is een preview. Er zijn 19 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is de functie van het spijsverteringssyteem?
Ingeslikt voedsel omzetten in moleculaire vormen die vervolgens worden getransporteerd naar de interne omgeving van het lichaam, waar de bloedsomloop ze kan verwerken tot cellen. -
Wat is de functie van exocrine cellen? Wat is de functie van endocrine cellen?
exocrine cellen: secretie van slijm naar de lumen
endocrine cellen: afstaan van hormonen naar het bloed -
Welke soorten spierweefsel bevinden zich in de wand van het maag-darmkanaal? en wat is hun functie?
circular spieren -> zorgen voor vernauwing van het lumen
longitudinal spieren -> zorgen voor verkorting van het maag-darmkanaal -
Waarom is het belangrijk dat materiaal dat geabsorbeerd is in de darm-capillairen, door de lever verwerkt wordt voordat het in het generale bloedcircuit terecht komt?
De lever bevat enzymen die schadelijke stoffen die mogelijk zijn ingenomen kan metaboliseren, waardoor wordt voorkomen dat deze stoffen in de circulatie komen. -
Het maagdarm kanaal heeft ook immuun functies, wat houden deze in?
Er worden antilichamen gevormd en er worden infectieuze organismen, die niet worden vernietigd door het maagzuur, bestreden. -
Wat zijn de belangrijkste functies van het speeksel in je mond?
- bevochtigt en smeert voedsel
- initieert kleine hoeveelheid vertering van polysachariden door amylase
- lost een kleine hoeveelheid voedsel op
- dood bacteriën -
Hoe werkt de vertering van zetmeel (koolhydraten)?
Door amylase wordt zetmeel omgezet in disaccharide maltose en polysaccharide.
Samen met ingeslikte sucrose en lactose wordt dit weer omgezet tot de monosacchariden: fructose en glucose en galactose.
Fructose komt de epitheelcellen binnen door gefaciliteerde diffusie via een glucose transporter (GLUT). Glucose en galactose ondergaan een secondair actief transport gekoppeld met Na via de sodium-glucose co transporter (SGLT).
Vervolgens verlaten deze monosacchariden de epitheelcellen weer door gefaciliteerde diffusie via GLUT eiwitten. Vanuit hier diffunderen de monosacchariden in het bloed. Zie bb powerpoint plaatje en afbeelding 15.8 uit vander -
Welke functie heeft het eiwit "intrinsic factor"?
De maag produceert maagsap. In maagsap zit onder andere het stofje ‘intrinsic factor’. Dit stofje is nodig voor de opname van vitamine B12 uit de voeding. -
Wat stimuleert de lumen? en waar zorgen deze stimuli voor?
de lumen worden gestimuleerd door vier factoren:
1. uitzetting van de wand van het volume van de luminale inhoud
2. maagbrij osmolariteit
3. maagbrij zuurgraad
4. concentratie van de specifieke ingeslikte producten
De stimuli werken in op receptoren gelegen in de wand van het kanaal en zorgen voor het aanzetten van reflexen die invloed hebben op effectors(spierlagen in de wand en exocrine klieren) -
Welke twee netwerken kent het zenuwstelsel van het maag darm kanaal? en wat is hun functie?
myenteric plexus: heeft invloed op de gladde spier activiteit
submucosal plexus: beïnvloed de secretie activiteit
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden