ALTERNATIEVE VOEDINGSPATRONEN - HUISWERK
11 belangrijke vragen over ALTERNATIEVE VOEDINGSPATRONEN - HUISWERK
1. Op welke voedingstoffen moet een vegetarier extra letten, zodat hij er niet te weinig van binnenkrijgt?
B. Vetten, eiwit en vitamine E.
C. Vitamine B12 ,ijzer en eiwit . ***
3. Welke alternatieve bronnen hebben vegetariers gevonden voor het essentiele omega 3-vetzuur dat is vis voorkomt?
B. Sojaen pasta
C. Walnoten en lijnzaadolie ***
4. Wat is de overtuiging van veganisten?
B. Uit respect voor dieren zien veganisten af van alles wat van dieren afkomstig is. ***
C. Vanwege de armoede en honger in ontwikkelingslanden kopen veganisten uitsluiten voedsel uit die landen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
5. Welke bewering over biologische voeding is onjuist?
B. Biologische voeding is afkomstig van dier- en milieuvriendelijke landbouw.
C. Biologische voeding is special bedoeld voor veganisten.***
6. Op welke visie is macrobiotiek gebaseerd?
B. Het hindoeisme .
C. Het vegetarisme .
7. Hoe ziet een standaarddieet volgens de macrobiotiek eruit?
B. 50% granen en graanproducten ,40% groenten ,5% peulvruchten en zeewier, 3% soep en 2% andere producten.
C. 40-60% granen en graanproducten , 20-30% groenten , 5-10% peulvruchten en zeewier, wekelijks gebruik van noten ,zaden en fruit en maandelijkse gebruik van eieren, vis en rood vlees.***
8. Welke betekenis heeft voedsel binnen de ayurveda?
B. Voedsel moet vooral lekker zijn en is om van te genieten.
C. Voedsel zorgt voor saamhorigheid binnen een groep mensen.
9. Wat is een verschil tussen de visie op voeding vanuit het Voedingscentrum en de visie vanuit de orthomoleculaire voedingsleer?
B. Volgens de orthomoleculaire voedingsleer zouden we minder vetten moeten eten dan het Voedingscentrum adviseert.
C. Volgens de Voedingscentrum krijgen mensen met een evenwichtig voedingspatroon alle voedingsstoffen binnen die nodig zijn om het lichaam gezond te houden ; volgens de orthomoleculaire voedingsleer niet.***
10. Welke gevolgen kan een tekort aan vitamine B12 onder meer hebben?
B. Verstoringen in de spijsvertering en migraine.
C. Ziekten van het zenuwstelsel , bloedarmoede en hartaandoeningen.***
11. Welke bewering over het verschil tussen het oerdieet en het huidige dieet is juist?
B. Tegenwoordig eet men meer koolhydraten dan vroeger. ***
C. Tegenwoordig eet men meer vetten dan vroeger.
12. Welke voedingsmiddelen zijn sterk zuurvormend?
B. Vlees en eieren.***
C. Zuivelproducten.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden