Voeding, hygiëne en milieu

13 belangrijke vragen over Voeding, hygiëne en milieu

Wat zijn 3 mogelijke gevaren voor de consument wat betreft de beoordeling van voedsel?

  1. Micro-organismen, zoals schimmels, gisten en bacteriën.
  2. Additieven, zoals geur, kleur en smaakstoffen en conserveermiddelen.
  3. Contaminanten (vreemde bestanddelen), zoals chemische stoffen als dioxine, of glas of plastic in brood of melk.
MAC

Wat kun je vertellen over de ALV (Algemene Levensmiddelen Verordening) ook wel General Food LAW genoemd?

  1. Het valt onder de Europese wetgeving.
  2. Is gericht op de gehele productieketen van voedingsmiddelen en veevoer.
  3. Elke schakel vanaf producent tot en met consument moet zijn verantwoordelijkheid nemen voor het voedingsmiddel en kunnen herleiden waar de grondstoffen vandaan komen en welke bestemming het product krijgt.
  4. Fouten moeten worden doorgegeven aan de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit NVWA

Wat weet je over de temperatuur van de koelkast en vriezer?

Temperatuur koelkast bevind zich tussen 4 en 7 graden.
Temperatuur vriezer stijgt niet boven de -18 graden.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is bij bereiding van voedsel de minimum temperatuur van de kern van het voedsel om bacteriën onschadelijk te maken?

65 graden

Hoe kan je indirecte energie besparen?

  1. Door minder voedsel weg te gooien.
  2. Te letten op het soort product dat je koopt. Voor plantaardige eiwitten is minder indirecte energie nodig dan voor dierlijke eiwitten.
  3. Nederlandse groenten en fruit vd volle grond hebben minder indirecte energie nodig dan producten uit verwarmde kassen of producten die geïmporteerd worden.
  4. Ook in geconserveerde producten zit meer indirecte energie dan in verse.

Waarom kost het maken van dierlijke producten meer energie dan het maken van plantaardige?

Om een dier 1 kilogram te laten groeien, is 2 tot 5 kilogram plantaardig voer nodig.

Welke 3 gassen stoot de veehouderij uit die bijdragen aan het broeikaseffect?

  1. Kooldioxide (CO2)
  2. Methaan (Ch4)
  3. Lachgas (N2O)

Hoe ontstaat verzuring en vermesting?

Door een mestoverschot kunnen meststoffen als Fosfaat, Ammoniak en Nitraat ongewild in het milieu terechtkomen door uitspoeling of verwaaiing.
FAN

Wat is een ander gevolg van de verzuring?

Het oppervlakte en grondwater krijgen een te hoge concentratie Nitraat.
Als dat in drinkwater komt, moet dat extra gezuiverd worden.
Een te veel aan Fosfaat veroorzaakt overbegroeiing in oppervlaktewater en dat kan schadelijk voor de visstand zijn.

Wie is de grootste uitstoter van ammoniak en veroorzaker van verzuring?

De veeteelt.

Waarom zijn vleesvervangers ondanks een hoge indirecte energie toch voordeliger voor het milieu?

Omdat je daardoor geen overbemesting of overbevissing hebt.
Dit geldt niet voor kant en klare vleesvervangers met veel kaas.

Graan behoort niet tot vleesvervangers. Welke graan is hier een uitzondering op?

Seitan, dat wordt gemaakt van tarwegluten.

Welk nadeel kleeft er aan valess vanuit milieuoogpunt?

Voor 1 kilo valess is 6 liter melk nodig. Melkproductie draagt bij aan mestproblematjek.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo