Samenvatting: Voedingsleer, Les 1, Energie | nvt

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van voedingsleer, les 1, energie | nvt

• 1 Energie

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Noem 3 lichaamsprocessen waarvoor energie nodig is

  alle fysiologische processen hebben energie nodig. Het functioneren van de hersenen, het kloppen van het hart, de werking van de spieren, temperatuurregulatie, ademhaling.

• Waardoor is de hoeveelheid energie die dagelijks nodig is voor ieder individu verschillend

  doordat bij ieder mens de lichaamssamenstelling verschillend is. Spierweefsel verbruikt meer energie dan vetweefsel. Dus een persoon die veel spierweefsel heeft, verbruikt meer energie  dan iemand van wie verhoudingsgewijs het vetpercentage hoger ligt.

• 1.1 Energiebalans

  Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Op welke manieren kan het lichaam energie opslaan

  In de vorm van

  • In de spier: als creatinefosfaat (CP) en als adenosinefosfaat (ATP)
    Glycogeen
    Vet
  • Overig: leverglycogeen
    Bloedsuiker
    lichaamsvet
    
    

• Volwassen vrouw weegt 63 kg. Na 1/2 jaar intensief trainen is zij 1,5 kg in gewicht toegenomen. Van welke energiebalans is er sprake

  positieve energiebalans

• Welke bewering is juist?I meer spiermassa betekent een lager energieverbruikII lichaamsvet is een weefselsoort dat nagenoeg geen energie verbruikt

  Alleen II is juist

• Welke bewering is juist?I het absolute lichaamsgewicht zegt niets over de lichaamssamenstelling van de persoonII Anabool betekent opbouwend

  beide zijn juist

• Wat betekent de term katabole toestand

  er is sprake van weefselafbraak ten gevolge van een negatieve energiebalans

• Wat wordt bedoeld met de uitspraak "Met overgewicht kan men toch ondervoed zijn"

  door eenzijdige en verkeerde voeding ontstaat een tekort aan vitaminen en mineralen

• Als iemand op gewicht is en dit graag zo wil houden, in welke energietoestand zou hij zich dan moeten bevinden over langere tijd

  vlakke energiebalans

• 1.2 Energiebehoefte

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Noem ten minste 5 factoren die van invloed zijn op onze dagelijkse energiebehoefte

  • lichaamssamenstelling
  • mate van lichamelijke activiteit
  • leeftijd
  • aanwezigheid van stress
  • ziekte
  • klimaat
  • fysiologische omstandigheden