Hormoonstelsel - Zenuwstelsel - Spieren en beenderen
41 belangrijke vragen over Hormoonstelsel - Zenuwstelsel - Spieren en beenderen
Welke delen van een spier behoren tot het spierweefsel?
1 spierbuiken en myofibrillen
2 spierbuiken en spierpezen
3 spierschede en spierpezen
Welke van de volgende stellingen is juist?
A. Skeletspieren zijn willekeurig en passeren één of meerdere gewrichten.
B. Skeletspieren hebben altijd een prikkel nodig om te kunnen contraheren
Hoe worden spieren genoemd die zorgen voor de strekbewegingen?
1 exoratoren
2 extensoren
3 flexoren
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Kenmerkend voor onwillekeurig spierweefsel is dat het
1 geen kernen bevat
2 niet snel vermoeid raakt
3 niet wordt beïnvloed door zenuwprikkels
Onder synergisten verstaat men spieren
1 die elkaar werking ondersteunen
2 met een dynamische contractie
3 met een tegengestelde werking
Hoe noemt men de spier met één origo en meerdere incertios?
1 eenpezige spier
2 meerhoofdige spier
3 meerpezige spier
Waaruit bestaat een spierbundel?
1 een groep spieren met dezelfde functie
2 een groep spiervezels omgeven door een bindweefselvlies
3 een bindweefselvlies om een spiercel
Wat is een spierfascie?
1 de pees van een spier
2 de spierbuiken
3 de spierschede
Onder spiertonus verstaat men
1 de kracht waarmee de spier zich samentrekt
2 de omvang van de spier tijdens contractie
3 de spanningsgraad van de spier tijdens rust
Wat kun je zeggen over de lengte van een spier bij een concentrische contractie?
1 de lengte van de spier blijft gelijk
2 de spier wordt korter
3 de spier wordt langer
Concentrische contractie: spiersamentrekken.
Het een type spiersamentrekking (of contractie) waarin de weerstand kleiner is dan de kracht die door de spier wordt geleverd, zodat de spier korter wordt tijdens de contractie. Je beweegt de botdelen naar elkaar toe.
Hoe worden spieren genoemd die een tegengestelde beweging veroorzaken?
1 agonisten
2 antagonisten
3 synergisten
(=Spieren die elkaar tegenwerken als ze tegelijkertijd gespannen zouden worden)
Wat wordt onder isometrische contractie verstaan?
1 een normale spiercontractie waarbij beweging tot stand komt
2 een spiercontractie tegen de weerstand in zonder beweging
3 een spiercontractie waarbij de spier korter wordt
(Tijdens de oefening laat je de spieren aanspannen, maar beweeg je de gewrichten bijna niet. Ze staan dus min of meer in dezelfde stand. Ddenk aan planking.)
Wat wordt verstaan onder spierinnervatie?
1 prikkelen van een spier door een zenuw
2 samentrekken van glad spierweefsel
3 samenwerken van spieren
(Innervatie is gewoon een ander woord voor prikkelen, de zenuw prikkelt de spier om iets te gaan doen)
Hoe noemt men het gehele deel van een spier dat zich kan samentrekken?
1 de spierbuik
2 de spierbundel
3 de spiercel
Wat betekent hypotonie?
1 kramptoestand van een spier
2 verhoogde spierspanning
3 verlaagde spierspanning
Als bij de spierwerking de contractiekracht groter is dan de van buitenaf geleverde kracht, is er sprake van
1 concentrische contractie
2 excentrische contractie
3 isometrische contractie
Wat is de functie van een peesschede?
1 de beweging van een spier vertragen
2 geleiden van een pees
3 het verbinden van een spier aan een bot
Hoe noemt men een spier met een verlaagde spierspanning?
1 hypotonisch
2 isometrisch
3 isotonisch
Wanneer bij een spiercontractie de spiertonus gelijk blijft spreekt men van een
1 isotonische contractie
2 isometrische contractie
3 statische contractie
Wat verstaat men onder een synergistische spierfunctie?
1 de spierarbeid verricht door een meewerkende spier
2 de spierarbeid verricht door een normaal werkende spier
3 de spierarbeid verricht door een tegenwerkende spier
Wat is belangrijk bij het tot stand komen van spiercontractie?
1 voldoende aanvoer van voedingsstoffen en zuurstof
2 verhoogde bloedcirculatie
3 prikkelingen van zenuwen
Hoe wordt een verhoogde spierspanning genoemd?
1 hypertensie
2 hypertonie
3 hypertrofie
Indien een spier meerdere origos kent, noemt men dit een
1 éénpezige spier
2 meerhoofdige spier
3 meerpezige spier
Spiercontractie gaat gepaardmet
1 verhoging van de tonus en korter worden van de myofibrillen
2 verhoging van de tonus en langer worden van de myofibrillen
3 verlaging van de tonus en langer worden van de myofibrillen
Welke ribben zijn direct aan het borstbeen verbonden?
1 het eerste tm het vijfde paar
2 het eerste tm het zevende paar
3 het eerste m het tiende paar
Welke borstzakken kunnen rode beenmerg bevatten?
1 alleen de lange pijpbeenderen (epifysen)
2 lange pijpbeenderen en platte beenderen
3 platte beenderen
Hoe noemt men een continue verbinding?
1 diarthrosis
2 gewricht
3 synarthrosis
Hoeveel gewrichtsvlakken hebben de halswervels?
1. 2
2. 4
3. 6
De diktegroei van een bot vindt plaats vanuit
1 de beenplaatjes
2 de epifysairschijf
3 het periost
Hoeveel halswervels maken deel uit van de wervelkolom?
1. 3
2. 5
3. 7
Welk soort gewricht wordt gevormd door het opperarmbeen, het spaakbeen en de ellepijp?
1 een drie-assig gewricht
2 een enkelvoudig gewricht
3 een samengesteld gewricht
Welke term wordt gebruikt om de achterzijde van een borstbuis aan te duiden?
1 distaal
2 dorsaal
3 ventraal
Waar worden de bewegingen die in een gewricht mogelijk zijn vooral door bepaald?
1 de gewrichtsbanden
2 de vorm van het gewricht
3 het gewrichtskapsel
Welke van de onderstaande beenderen behoren tot de korte onregelmatige botstukken?
1 de middenhandsbeentjes
2 de schedelbeenderen
3 de wervels
De diktegroei van een pijpbeen komt tot stand vanuit oa
1 het beenvlies
2 het compacte been van de beenschacht
3 het gewrichtskraakbeen
Waardoor wordt de mergholte van een pijpbeen omgeven?
1 compact been
2 periost
3 sponsachtig been
Hoe ligt de duim ten opzichte van de pink?
1 lateraal
2 mediaal
3 ventraal
Waar vindt men een syndesmosis?
1 tussen darmbeen, zitbeen en schaambeen
2 tussen het borstbeen en de ribben
3 tussen het scheenbeen en het kuitbeen
3 tussen het scheenbeen en het kuitbeen
syndesmosis = verbinding van beenderen dmv ligamenten (banden).
Hoeveel botstukken behoren tot de handwortel?
1. 8
2. 5
3. 7
Aan een pijpbeen worden oa de volgende structuren onderscheiden:
A. Compact bot
B. Epifysair schijf
C. Periost
D. Spongieus bot
Hoe zijn deze structuren van buiten naar binnen geordend ter hoogte van de schacht?
1. B, C, A en D
2. C, A en D
3. C, B en A
De functie van de kanalen van Havers is
1 het beenweefsel voorzien van bloed
2 het beenweefsel voorzien van geel beenmerg
3 het beenweefsel voorzien van rood beenmerg
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden