Celleer - Weefselleer - Huid
46 belangrijke vragen over Celleer - Weefselleer - Huid
In het onderste deel van het stratum reticulaire bevinden zich onder andere
1 bloedvaten en talgklieren
2 bloedvaten en zweetklieren
3 coriumpapillen en zweetklieren
Het haarspiertje heeft als functie
1 het leegpersen van de talgklier en het platter trekken van de haar
2 het leegpersen van de talgklier en het oprichten van de haar
3 het activeren van de zweetklier en het oprichten van de haar.
De doorlaatbaarheid van de verhoornde opperhuid is het grootst voor
1 eiwitten
2 straling
3 water
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
De talgklierwerking wordt in de eerste plaats beïnvloed door
1 geslachtshormonen
2 reiniging
3 voeding
Wat is een nagelriem?
1 een dun laagje huidweefsel dat vanuit de nagelplooi over de nagelplaat groeit.
1 een laag genecrotiseerde huidcellen die als voortzetting van de nagelwal over de nagelplaat groeien.
3 een laagje verhoornde cellen die als voortzetting van de nagelwal over het achterste gedeelte van de nagelplaat groeien.
De capillairen die voedingsstoffen afgeven voor haargroei, bevinden zich in
1 de haarpapil
2 de haarwortel
3 het haarzakje
De belangrijkste beschermende functie van de huid tegen mechanische invloeden komt tot stand door
1 de dikte van de hoornlaag
2 de weefseldichtheid van de basaalcellenlaag
3 de zuurmantel van het huidoppervlak
Welke van de volgende stellingen is juist?
A. De dikte van de epidermis en het corium zijn onder normale omstandigheden ongeveer gelijk.
B. In de gezichtshuid is de dikte van de subcutis onder normale omstandigheden op alle plaatsen gelijk.
Welke van de volgende stellingen is juist?
A. De zurige vloeistof van de zweetklieren is een onderdeel van de zuurmantel van de huid (cutis).
B. Een droge huid (cutis) heeft een ongunstige invloed op de zuurmantel van de huid.
Het transepidermale resorptievermogen van de huid is afhankelijk van de dikte van
1 het stratum corneum
2 het stratum cylindricum
3 het stratum papillaire
Hoe wordt de distale grens tussen de opperhuid en het nagelbed genoemd?
1 nagelriem (eponychium)
2 zwaluwstaartje (hyponychium)
3 nagelplooi (sulcus matrices unguis)
De huid is rekbaar door de bouw van
1 het stratum corneum
2 het stratum cylindricum
3 het stratum reticulaire
Wat wordt bedoeld met de haarschacht?
1 het gedeelte van het haar boven het huidoppervlak
2 het gedeelte van het haar in het haarzakje
3 het haarzakje
Het haarpigment bevindt zich bij de blanke huid voornamelijk in
1 de haarfollikel
2 de haarschors
3 het haarmerg
Het gevolg van warmte op de huid is een
1 verdikking van de hoornlaag
2 vergroting van de talgklieren
3 verwijding van de haarvaten
De huid is een vetdepot dankzij de eigenschappen van
1 bindweefselcellen gelegen in de lederhuid
2 bindweefselcellen gelegen in de onderhuid
3 kliercellen gelegen in de onderhuid
Welke huidgesteldheid wordt voornamelijk bepaald door de subcutis?
1 de huiddikte
2 de huidglans
3 de huidtemperatuur
Het verschil tussen de huidbarrière en het basale membraan is dat de huidbarrière.....
1 doorlaatbaar is voor eiwitmoleculen, het basale membraan niet.
2 doorlaatbaar is voor gassen, het basale membraan niet.
3 niet doorlaatbaar is voor vocht, het basale membraan wel.
Haren hebben dezelfde weefseloorsprong als
1 de epidermis
2 de subcutis
3 het stratum reticulaire
Het basale membraan is de verbinding tussen
1 de doorschijnende laag en de korrellaag
2 de lederhuid en het onderhuids bindweefsel
3 de lederhuid en de opperhuid
De grotere bloed- en lymfevaten van de huid bevinden zich in
1 de laag van Malpighi
2 de subcutis
3 het stratum papillaire
In de opperhuid bevinden zich onder andere
1 bloedvaten
2 collagene vezels
3 melanocyten
Collagene vezels bevinden zich onder andere in
1 de lederhuid en in de onderhuid
2 de lederhuid en in de opperhuid
3 de levende lagen van de opperhuid
De vorming van histamine speelt een rol in de functie van de huid als
1 neuro-hormonaal orgaan
2 regelaar van de lichaamstemperatuur
3 zintuig
Welke van onderstaande factoren heeft invloed op de huidflora?
1 de donsbeharing
2 de huiddoorbloeding
3 de zuurmantel
Keratohyaline wordt gevormd in
1 de doorschijnende laag
2 de stekelcellenlaag
3 de korrellaag
Welke laag maakt deel uit van het corium?
1 de papillenlaag
2 de hoornlaag
3 de doorschijnende laag
In de basaalcellenlaag van de epidermis bevindt/bevinden zich
1 de melanocyten
2 de mestcellen
3 het keratohyaline
Transfolliculaire resorptie vindt voornamelijk plaats via
1 de haarzakjes
2 de laag van Malpighi
3 het basale membraan
Uit hoeveel lagen is de cutis opgebouwd?
1 uit 5 lagen
2 uit 4 lagen
3 uit 3 lagen
De huid heeft invloed op de lichaamstemperatuur door
1 de huidreseptoren
2 het reactievermogen van de haarvaten
3 de werking van de talgklieren
Waardoor wordt de dikte van de huid bepaald?
1 de mate van slijtage van de hoornlaag
2 de plaatselijke functie/bescherming
3 de hoogte van de cilindervormige cellen
Wat is een melanocyt?
1 een pigmentstof in de opperhuid
2 een pigmentvormende cel in de opperhuid
3 een pigmentvormende cel in de lederhuid
De bescherming van het lichaam tegen uw-stralen is mede toe te schrijven aan
1 de dikte van de hoornlaag
2 de dikte van de lederhuid
3 de functie van de collagene vezels in de huid
Wat is de juiste volgorde van de opperhuidlagen, van binnen naar buiten?
1 stekelcellenlaag
2 basaalcellenlaag
3 doorschijnende laag
4 korrellaag
5 hoornlaag
1: 2-1-4-3-5
2: 2-3-1-4-5
3: 1-2-3-4-5
In het algemeen verkeert een haar de kortste tijd in
1 de anagene fase
2 de katagene fase
3 de telogene fase
Het trosvormige gedeelte van de talgklieren bevindt zich in
1 het bovenste deel van de lederhuid
2 het bovenste deel van de onderhuid
3 het onderste deel van de lederhuid
De pigmentvorming in de huid vindt hoofdzakelijk plaats in
1 het stratum corneum
2 het stratum cylindricum
3 het stratum granulosum
Het haarspiertje verloopt van
1 de haarpapil naar de papillenlaag van de lederhuid
2 het haarzakje naar de basaalcellenlaag van de opperhuid
3 het haarzakje naar de papillenlaag van de lederhuid
De huidspanning is in hoofdzaak afhankelijk van
1 de bindweefselconditie van de lederhuid
2 de coriumpapillen van de lederhuid
2 het vochtgehalte van de hoornlaag
De celdeling van de epidermis vindt plaats in
1 het stratum cylindricum
2 het stratum reticulaire
3 het stratum spinosum
Welke cellen van de opperhuid kunnen zich delen?
1 de cilindervormige epitheelcellen
2 de kubusvormige epitheelcellen
3 de plaatvormige epitheelcellen
Wat is het vrije nageluiteinde?
1 het distale deel van de nagelplaat
2 het distale deel van het nagelbed
3 het proximale deel van de nagelplaat
Wat wordt gevormd door de netvormige laag van de lederhuid?
1 afweer tegen bacteriën
2 reservevoorraad vet
3 steungeraamte van de huid
Resorptie van in water oplosbare stoffen door de huid vindt voornamelijk plaats via
1 de hoornlaag
2 de talg poriën
3 de zweet poriën
Welke van de volgende stellingen is juist?
A. Tijdens de anagene fase van de haar wordt het haarpigment gevormd.
B. Het haarpigment bevindt zich uitsluitend in de haarpapil
Tijdens de anagene fase van de haar wordt het haarpigment gevormd.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden