Startpagina / Samenvattingen / Class notes - VVG 3 / agar-agarplaten-plaat

Voedingsmicrobiologie 6 - detectie, isolatie

6 belangrijke vragen over Voedingsmicrobiologie 6 - detectie, isolatie

Wat is een stomacher-zakje? NAAM KENNEN!

= toestel om monster te homogeniseren = stomacher.

Wat is een enrichment medium?

geldt soms als tussenstap voor kwalitatieve analyse.
= targetkiem zeer goed verzorgen, maar geen agressieve/inhiberende stoffen in.

Pour plating = gietplaatmethode - herkennen!! + wat is het + wat is er gebeurd? --> EX!!

Lege petriplaat + 1 ml van verdunning --> gieten in petrischaal en hier agar/medium aan toevoegen (moet warm zijn, maar niet te warm) --> samen gieten --> schudden.
45 graden: agar stolt.. Bij halfkokende agar --> kiemen dood.
Tweede agar overheen gieten zodat alle kiemen na het stollen van de agar in de vloeistof zitten en dus niet over het oppervlak kunnen bewegen.

--> heeft de laagste detectiegrens (is het meest gevoelig)

Strike plating = strijkplaatmethode

= zelfde figuur als pour plating

0,1 mL op 15 ml agar brengen --> tweede agar laag --> incubatie
Uitstrijken gebeurt met een spatel.
Nadeel: kan maar 0,1 ml opbracht worden.

--> detectielimiet ligt op een ander niveau (minder gevoelig)

Niet-selectieve agarplaten en Selectieve agarplaten - basisprincipes

Niet-selectieve agarplaten: (meest gebruikte = bloedagar): hier telt men die plaat waar tussen de 30 en 300 cfu zitten per plaat. Anders naar volgende of vorige verdunning

Selectieve agarplaten: (stof insteken die target kiem stimuleren en andere onderdrukken): hier werken met de helft: 15-150 cfu/plaat

Verschil tussen kwantitatief en kwalitatieve analyse?

Kwantitatief = telling
Kwalitatief = aan- of afwezig (P of A) --> uitvoeren bij problemen met detectielimiet of als het niet uitmaakt hoeveel kiemen er aanwezig zijn (enkel aanwezigheid)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

VVG 3

Bekijk samenvatting