Immunologie - receptoren van het adaptieve immuunsysteem - antistof en T-cel receptoren

9 belangrijke vragen over Immunologie - receptoren van het adaptieve immuunsysteem - antistof en T-cel receptoren

Wat is de bouw van ene antistof/ immunoglobuline=Ig (BCR)

De antistof heeft een Fc (constant deel van ene antistof) en FAB regio en bestaat uit een zware en lichte keten.
  • specificiteit wordt bepaalt in beenmerg.
  • antistofklasse wordt bepaalt na contact met een antigen.

Immunoglobuline klasse-switch hoe ontstaan die?

Na contact met een antigeen kan de cel 1 soort van alle verschillende soorten antistoffen gaan maken. De switch speelt zich af in je lymfe klieren. Een B-cel heeft de potentie om alle klasse te kunnen produceren. Er wordt een recombinatie gemaakt en wordt er uitgeknipt zo dat er, zo kan hij niks meer anders produceren en zal dus een geheugen behouden. Dit kan alleen als de b-cel in aanraking is geweest met een antigen.

Aan welke eiwitstructuren binden T-cellen?

voor dat een T-cel een natief eiwit kan herkennen moet het eerst worden afgebroken en dan op een MHC molecuul worden gerepresenteerd (APC molecuul) worden en dan pas kan een T-cel receptoren het eiwit pas herkennen  een reactie ingang zetten.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe zittende TCRs er uit (T-cel receptoren)

Is een receptor die een hetrodimeren
ze hebben één alfa en één beta keten
er zijn twee hoofd klasse van T-cel:
CD8+ en CD4+
er is dan verschil in hoe de receptoren zijn gemaakt die de T-cellen moeten herkennen.

CD8+ en CD4+ T-lymfocyten, wat is het verschil en wat herkennen de verschillen cel?

CD8+ = een cytotoxische T-lymfocyt en herkent de receptoren die gemaakt zijn door class I MHC pathway.

CD4+ = een T helpercel en herkent de receptoren die gemaakt zijn door classe II MHC pathway.

Wat is het verschil tussen antigen-presentatie via MHC I en MHC II?

MHC I neemt endogenen antigenen op die afkomstig zijn van cytoplasma. Wordt afgebroken in proteasoom en dan in het ER wordt er een receptor gemaakt met de peptiden.

MHC II neemt antigen op die extracellulair afkomstig zijn van lichaamsvreemd stoffen zoals bacteriën en ook gefagocyteerde antigenen. Eiwit wordt in een lysosoom afgebroken en in het ER wordt er een receptor gemaakt. In de transport naar het celmembraan wordt de receptor en peptiden in elkaar gezet.

Wat doen CD8+ T-cellen? Het het hele proces?

Ze doden geïnfecteerde cellen.
  • de er is herkenning van een antigeen en binding van een CTL op de target cel
  • CTL wordt geactiveerd en laat zijn granules vrij.
  • de granules bevatten granzymes (veroorzaken apoptose) en perforine (cytolytische enzym, ze splitten eiwitten en zorgen voor toegang van de cel)
  • target cel gaat in apoptose.

Wat is de T-cel hulp?

  • B-cellen die een lichaamsvreemd antigeen herkennen. Eiwit/bacterie wordt opgenomen.
  • receptor-mediated endocytose van het antigeen. (MHC II)
  • antigeen wordt gepresenteerd aan het celmembraan van de B-cel.
  • De T helper cel kan dan het antigen herkennen van de B-cel en kan daardoor activatie van de B-cel activeren. Wat zorgt dat de B-cel antistoffen gaat uitscheiden

Wat zorgt voor een grootte variatie van BCR en TCR?

  • De BCR en TCR worden gemaakt door recombinatie van LV1, Vn, D hierdoor is de diversiteit door gemaakt
  • en hier boven op is de junctional diversity wat de diversiteit van BCR en TCR receptoren nog meer divers maken.
  • En dan ook nog diversiteit in lichte en zware ketens (BCR) of beta en alf ketens (TCR)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo