Bloed - Samenstelling - Eiwitten

4 belangrijke vragen over Bloed - Samenstelling - Eiwitten

Wat voor eiwitten komen voor in het bloedplasma? En hoeveel van elke g/L? Waar moet je wel op letten?

Albumine 40 g/liter
Globulinen 10-15 g/liter
Fibrinogeen 2-4 g/liter
Transferrine
Andere eiwitten    

Je moet wel onthouden dat de eiwit concentraties tussen personen, maar ook van 1 persoon kunnen verschillen

Wat is de functie van de bloedplasma eiwitten?

Albumine: zorgt voor osmotische druk, werkt als pH buffer en bij transport
Globulines: klontering, enzymen, antilichamen/afweer en transport
Fibrinogeen: fibrine vezels vormen bij klontering
Transferrine: transport van ijzer
Andere eiwitten: stollingseiwitten, fibrinolyse, enzymen, transporteiwitten, hormonen, etc.

Welke globulines zijn er en wat zijn hun functies?

Alfa, beta en gamma. Alfa en beta zijn voor transport (transferrin/Fe3+) en gamma voor afweer (antilichamen)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is colloïd osmotische druk?

Colloïd osmotische druk is dat wanneer het bloed een weefsel instromen ze dan uit haarvaten gaan, maar als je in de vaten die vloeistof weer op wil nemen, moet er genoeg eiwitten in zitten. Zodat door de hogere osmotische waarde het weer terug gaat.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo