Samenvatting: Week 1: Lage Rug & Nek (Fh, Fys,)

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Week 1: lage rug & nek (FH, FYS,)

• 1 Week 1

• 1.1 FH: Lage rugpijn & nekklachten

  Dit is een preview. Er zijn 41 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Als een patiënt aangeeft dat hij/zij rugklachten ervaart met een uitstraling naar 1 been en soms neurologische uitvallen ervaart, waar denk je dan aan?

  Lumbosacraal radiculair syndroom

• Lage rugpijn kan continu aanwezig zijn of in episodes verlopen. Welke indeling hebben we voor deze pijn in de lage rug? Hoe lang duurt de pijn?

  Acuut 0-6 weken
  Subacuut 7-12 weken
  Chronisch >12 weken

• 60-90% van de bevolking heeft ooit last van lage rugpijn. Hoeveel van de verwijsdiagnose zijn lage rugklachten?

  27%

• Prognose en beloopBij 80-90% verdwijnen de klachten spontaan binnen 4 tot 6 weken. De lage-rugpijn is vaak recidiverend. Na hoeveel weken is 65% van de patienten via de huisarts genezen?

  12 weken

• Welke attitude is belangrijk als fysiotherapeut om angsten van pijn te vermijden?

  Niet te veel aandacht besteden aan pijnklachten en zelfredzaamheid stimuleren.

• Patienten met een normaal beloop aan lage rugpijn worden door de huisarts behandeld.  Wanneer dan door de fysio?

  Afwijkend beloop

• Bij patiënten met aspecifieke lage-rugpijn bieden stoornissen vaak geen afdoende verklaring voor de klachten. Op welk niveau richt de diagnostiek zich dan op?

  Beperkingen en participatie

• Welke bevindingen duiden op een lumbosacraal radiculair syndroom?

  Positeive SLR (Lasègue)
  Spierzwakte
  Vinger-vloerafstand > 25 cm

• Welke signalen duiden op een lumbosacraal radiculair syndroom?

  • Radiculaire uitstralende pijn in 1 been
    
  • Pijn in het been die meer op de voorgrond staat dan de lage rug
  • Neurologische prikkeling/ uitvalverschijnselen
  • Verandering in de reflexen die duiden op radiculaire prikkeling 

• Er worden 3 meetinstrumenten geadviseert voor het in kaart brengen van stoornissen in functies, beperkingen in activiteiten en participatieproblemen. Welke zijn dit?

  NRS, PSK, QBPDS