Samenvatting: Week 3

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Week 3

• Les 3.1 Signaaltransductie en ziektebeelden

  Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 24/03/2021
  Laat hier meer flashcards zien

• Wanneer staat de signaal transductie uit?

  Wanneer het signaal molecuul afwezig is.

• Wat is er aan de hand als de receptor altijd aan staat?

  Het perceptie signaal staat (1e stap) altijd aan ook al is er geen ligand aanwezig.

• Wat is er aan de hand wanneer de receptor altijd uit staat?

  Het kan zo zijn dat de ligand wel bind, maar dat het perceptie signaal afwezig blijft.

• Wat kan er mis zijn met transductie respons?

  1. Het transductie molecuul (enzym) staat altijd aan of uit.
  2. Het transductie molecuul activeert het verkeerde target.
  3. Het target molecuul kan niet geactiveerd (gefosforyleerd) worden.
  4. De transcriptie factoren binden niet of aan verkeerde DNA sequentie.   

• Wat voor type eiwit is Ras?

  Een G-eiwit.

• Hoe werkt de signaal transductie route van Ras?

  1 Groeifactor bind aan receptor.
  2 Hierdoor wordt het G-eiwit Ras geactiveerd.
  3 Ras koppelt aan Raf en hierdoor vind celgroei plaats en deling plaats.

• Wanneer is Ras een oncogenic?

  Ras staat altijd aan door bepaalde mutaties. Hierdoor staan Raf ook altijd aan en krijg je altijd celgroei en deling wat lijd tot tumoor groei.

• Les 3.2 Transportprocessen binnen de cel

  Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 24/03/2021
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat gebeurt er nadat het eiwit volledig door het ribosoom wordt gemaakt.

  Geen signaalpeptide:  Het eiwit blijft in het cytosol.
  Het signaalpeptide wordt herkend: Het eiwit gaat naar het organel.

• Hoe werkt post-translationeel transport?

  1 Het eiwit NLS (signaal peptide) bind aan het importin (transport eiwit). 
  2 Het complex wordt door nuclaire porien herkent en door de nucleus naar binnen gehaald. 
  3 Hydrolyse GTP-GDP 
  4 Complex gaat weer naar buiten en de cyclus begint weer op nieuw.

• Hoe werkt receptorgemedieerde endocytose?

  Hierbij neemt de cel extracellulaire vloeistof op met daarin specifieke stoffen. De blaasjes bevatten eiwitten met receptoren die specifiek zijn voor de moleculen die ingenomen worden.