WEGMARKERINGEN

19 belangrijke vragen over WEGMARKERINGEN

Artikel 72. - Overlangse markeringen die DE RIJSTROKEN aanduiden.

72.1. Deze wegmarkeringen zijn wit en kunnen bestaan uit:
1° een doorlopende streep;
2° een onderbroken streep;
3° een naast elkaar getrokken doorlopende en onderbroken streep.

72.4. Wanneer een doorlopende en een onderbroken streep naast elkaar getrokken zijn

72.4. Wanneer een doorlopende en een onderbroken streep
naast elkaar getrokken zijn,
moet de bestuurder alleen rekening houden met de streep die zich aan zijn kant bevindt.
De bestuurders die deze strepen overschreden hebben om in te halen mogen ze evenwel opnieuw overschrijden om hun normale plaats op de rijbaan te hernemen.

72.7 Een onderbroken streep met kortere tussenafstanden en langere trekken

72.7 Een onderbroken streep met kortere tussenafstanden en langere trekken dan de rijstrookmarkeringen bedoeld in art 72.3, bakent een spitsstrook af.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Voorlopige markeringen om bij werken het verkeer te kanaliseren, worden gevormd door:

-ofwel oranje doorlopende of onderbroken strepen, -ofwel door oranje spijkers.

De oranje doorlopende en onderbroken strepen hebben dezelfde betekenis als de doorlopende en de onderbroken strepen bedoeld in de artikelen 72.2. en 72.3.

Wanneer spijkers gebruikt worden, kunnen de markeringen bestaan uit :
1° een doorlopende streep ;
2° een onderbroken streep.]

Een onderbroken streep is gevormd door oranje spijkers, …

Een onderbroken streep is gevormd door oranje spijkers, in groepen geplaatst. In elke groep zijn de spijkers op korte en regelmatige afstanden van elkaar geplaatst.

Een merkelijk grotere afstand scheidt de opeenvolgende groepen.Deze streep heeft dezelfde betekenis als de witte onderbroken streep bedoeld in artikel 72.3.

Overlangse markeringen die een fietspad aanduiden.

Het deel van de openbare weg dat afgebakend is -door twee evenwijdige witte onderbroken strepen en -dat niet breed genoeg is voor het autoverkeer, is een fietspad .

Overlangse markeringen die de rand van de rijbaan aanduiden.

Markeringen die de werkelijke rand van de rijbaan aanduiden.

1° Een witte doorlopende streep mag op de werkelijke rand van de rijbaan, op een trottoirband of op de boordsteen van een verhoogde berm aangebracht worden om deze beter zichtbaar te maken.

2° Een gele onderbroken streep mag op de werkelijke rand van de rijbaan, op een trottoirband of op de boordsteen van een verhoogde berm aangebracht worden.

Langs deze gele streep is het parkeren op de rijbaan verboden.

Markeringen die de denkbeeldige rand van de rijbaan aanduiden.

Een brede witte doorlopende streep mag op de rijbaan aangebracht worden om de denkbeeldige rand van die rijbaan aan te duiden. Het aan de andere kant van deze streep gelegen deel van de openbare weg is voorbehouden voor het stilstaan en parkeren, behalve op autosnelwegen en autowegen. Het begin en het einde van deze parkeerstrook mogen aangeduid worden door een witte doorlopende dwarsstreep.

Markeringen die de middenrijbaan aanduiden.

Twee evenwijdige witte onderbroken strepen aan weerszijden van de rijbaan die bestaan uit telkens twee paar korte trekken, bakenen de denkbeeldige randen van de middenrijbaan af.

Een stopstreep gevormd door een witte doorlopende streep, haaks op de rand van de rijbaan aangebracht

Een stopstreep gevormd door een witte doorlopende streep, haaks op de rand van de rijbaan aangebracht duidt de plaats aan waar de bestuurders moeten stoppen ingevolge een verkeersbord B5 of een verkeerslicht.

Een dwarsstreep gevormd door witte driehoeken

Een dwarsstreep gevormd door witte driehoeken duidt de plaats aan waar de bestuurders, zo nodig, moeten stoppen om voorrang te verlenen ingevolge een verkeersbord B1.

De oversteekplaatsen voor voetgangers worden afgebakend door:

De oversteekplaatsen voor voetgangers worden afgebakend door witte banden, evenwijdig met de as van de rijbaan.

De oversteekplaatsen die de fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen moeten volgen om de rijbaan over te steken, worden afgebakend door:

De oversteekplaatsen die de fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen moeten volgen om de rijbaan over te steken, worden afgebakend doortwee onderbroken strepen gevormd door witte vierkanten of parallellogrammen.

De onderbroken streep die het naderen van een doorlopende streep aankondigt mag aangevuld worden met

De onderbroken streep die het naderen van een doorlopende streep aankondigt mag aangevuld worden met witte rijstrookverminderingspijlen.
Deze pijlen kondigen een vermindering van het aantal rijstroken aan die in de gevolgde richting mogen gebruikt worden.

Witte opschriften op de rijbaan mogen:

Witte opschriften op de rijbaan mogen de door verkeersborden gegeven aanwijzingen herhalen.


De verschillende richtingen mogen op de rijstroken aangeduid worden.

Aan de autobus-, trolleybus- en tramhalten mag de zone waar het parkeren verboden is overeenkomstig artikel 25.1.2°, aangeduid worden door witte opschriften.

In een parkeerstrook mogen witte markeringen de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan.

In een parkeerstrook mogen witte markeringen de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan.

Een parkeerplaats uitgerust met rekken of aangegeven door een markering op de grond van het symbool of van de symbolen weergegeven op de onderborden M1, M8 en M19 tot M24 bedoeld in artikel 65.2, is, naargelang het geval, voorbehouden voor voortbewegingstoestellen, fietsen of tweewielige bromfietsen, gedeeld of niet.

Markeringen die een opstelvak aanduiden voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen.

De zone, aansluitend op een fietspad, afgebakend door twee stopstrepen en waarin het symbool van een fiets in het wit is gereproduceerd duidt de plaats aan waar de fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen zich enkel tijdens de rode fase van de verkeerslichten mogen opstellen. De andere bestuurders moeten tijdens de rode fase van de verkeerslichten stoppen voor de eerste stopstreep.

Markeringen die voorsorteringsstroken aanduiden voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen.

Bij het naderen van een kruispunt mogen voorsorteringsstroken voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen door middel van witte doorlopende strepen afgebakend worden. In deze stroken moet in het wit het symbool van de fiets en de pijl die de te volgen richting aanduidt, worden gereproduceerd. Deze voorsorteringsstroken zijn voorbehouden voor de fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen.

Een dambordmarkering die bestaat uit witte vierkanten, mag op de grond worden aangebracht. Zij bakent af:

  1. de bijzonder overrijdbare bedding voorbehouden aan voertuigen van geregelde diensten voor gemeenschappelijk vervoer,
  2. de plaats die deze beddingen met elkaar verbindt of het begin of einde aankondigt van die bedding,
  3. een overweg.

Stilstaan en parkeren op deze markering is verboden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo