Startpagina / Samenvattingen / Wegwijs in de vennootschapsbelasting / onzakelijk-winstuitdeling-geldlening

Onttrekkingen en winstuitdelingen

7 belangrijke vragen over Onttrekkingen en winstuitdelingen

Welke rol speelt de inspecteur bij de kwalificatie van zakelijke uitgaven?

De inspecteur heeft in beginsel geen recht om de uitgaven te bekritiseren, mits maar vaststaat dat het motief voor de uitgave zakelijk was.
Uit de jurisprudentie blijkt wel dat indien er sprake is van een wanverhouding de inspecteur wel zijn mening kan geven.

Wat is een winstuitdeling met betrekking tot onttrekkingen?

Een winstuitdeling is een bevoordeling van een aandeelhouder als zodanig die kan plaatsvinden uit winst of winstreserves dan wel in het vooruitzicht van te maken winst, waarbij de aandeelhouders en de vennootschap zich bewust zijn of zich redelijkerwijs bewust hebben moeten zijn van de bevoordeling en de aandeelhouder de bevoordeling in zijn hoedanigheid van aandeelhouder heeft genomen.
Deze winstuitdeling beïnvloedt de winstuitdeling van de VPB niet.
Een winstuitdeling is ook niet aftrekbaar.

Wat wordt er bepaald in art. 10 lid 1 sub b Wet VPB met betrekking tot onttrekkingen?

Oo grond van art. 10 lid 1 sub b komen niet voor aftrek in aanmerking de niet onder art. 9 Wet VPB vallende uitkeringen gedaan ingevolge statuten, stichtingsbrief of soortgelijke akte, tenzij de betrokken uitkeringen naar hun aard ondernemingskosten zijn.
Het verschil met art. 10 lid 1 sub a is dat voor sub b niet vereist is dat de genieter van de winstaandelen bedoeld in sub b recht kan doen gelden op deze uitdelingen.

Welk regime geldt er voor onzakelijke geldleningen?

Geldleningen die fiscaal niet als kapitaalverstrekkingen kunnen worden aangemerkt, moeten worden vastgesteld of zij onder zodanige omstandigheden zijn verstrekt dat aan deze leningen een debiteurenrisico is verbonden dat door een derde niet zou zijn aanvaard. Treedt een dergelijk risico op dan is het daaruit voortvloeiende verlies voor de crediteur van de onzakelijke lening niet aftrekbaar.
Het gaat hier dus om Vreemd vermogen!

Op welke 3 manieren kan een onzakelijke geldlening zich voordoen indien de lening wordt verstrekt?

Aan een debiteur waarmee een aandeelhoudersrelatie bestaat;
Op grond van de persoonlijke betrekkingen tussen natuurlijke personen;
Aan een niet gelieerde persoon om daarmee de belangen van de aandeelhouder van de crediteur te dienen.

Wanneer is van een onzakelijke geldlening geen sprake?

De crediteur is voorafgaand aan de verstikking van de geldlening nog geen aandeelhouder;
De crediteur wordt in het kader van de verstrekkingen van de geldlening door toekenning van aandelen medegerechtigd tor de winst van de debiteur; en
Er doet zich geen uitzonderingssituatie voor,

Wat zijn de fiscale gevolgen van een onzakelijke geldlening?

Een eventuele afwaarderingsverlies op de lening mag niet in aftrek worden genomen. Een ander gevolg is dat voor de toepassing van de VPB de rente moet worden vastgesteld aan de hand van de zogenoemde borgstellingsanalogie.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Wegwijs in de vennootschapsbelasting | 9789012400060 | Jan Nicolaas Bouwman, et al

Bekijk samenvatting