Omstandigheden waaronder vervolgingsrecht vervalt - Sr Ne Bis in Idem - inleiding

19 belangrijke vragen over Omstandigheden waaronder vervolgingsrecht vervalt - Sr Ne Bis in Idem - inleiding

Waar is ne bis in idem beginsel verder opgenomen?

In art 14-7 IVBPR en art 4 vh 7e protocol bij EVRM

Wat geldt voor Nederland in geval van art 14-7 IVBPR

Nederland heeft daarbij een voorbehoud gemaakt dat de strekking niet verder mag gaan dan dei van art 68 Sr

Wat geldt voor Nederland in geval van  art 4 vh 7e protocol bij EVRM?

dat dit niet door Nederland is geratificeerd
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Geldt Ne bis in idem beginsel ook in strafprocesrecht?

ja, zij het dat de werking minder absoluut is dan in het materiële strafrecht

Welke beperkingen bevat art 68 Sr die op eerste gezicht niet direct herkenbaar zijn?

1) het voorschrift heeft alleen maar betrekking op de einduitspraken vd recther ter terechtzitting
2) moet gaan om een beslissing van de strafrechter

Welke einduitspraken staan een nieuwe vervolging in de weg?

Alleen bij onherroepelijke beslissingen tot vrijspraak, ontslag van rechtsvervolging of einduitspraken waarbij de verdachte wordt veroordeeld.

Wat is het meest moeilijke aspect vd uitleg van art 68 Sr?

de betekenis van het begrip FEIT

Is betekening van het begrip feit in art 55 ev (samenloop) en art 68 Sr (ne bis in idem) eenduidig?

nee, het heeft een jurisprudentiële ontwikkeling achter de rug

Waneer zijn samenloopbepalingen (art 55 ev) van belang?

indien twee of meer feiten tegelijkertijd worden telastegeled: hoeveel straf kan de rechter dan opleggen.

Waarop hebben art 55 ev Sr begtrekking?

op straftoemeting, stellen aan rechter grenzen tav strafoplegging

Welke betekenis werd aan begrip Feit in art 68 en 55-1 Sr TOT 1932 gegeven?

tot 1932 aan feit in art 55-1 en 68 dezelfde betekenis=> de gedraging waarop de telastelegging doelde

Welk invulling achte de HR in periode 1932-1961 voor het begrip feit van toepassing?

de juridische strekking van strafbepalingen waaronder het feitelijk gebeuren kan worden gekwalificeerd is beslissend voor de uitleg van het begrip feit=> aspecten leer
Indien het karakter vd verschillende stafbepalingen waaronder een feitelijk gebeuren gekwalificeerd kan worden verschillend is, is sprake van meerdere feiten.

Hoe wijzigde het feit-begrip vanaf 1961?

na 1961 feitbegrip 55-1 andere invulling dan 68Sr. Bij laatste meer nadruk te worden gelegd op het feitelijke materiële gebeuren en niet louter gekeken naar de juridische strekking v strafbepalingen

Wat was een eerste teken dat HR onderschied ging maken in uitleg vh feit begrip in art 55-1 Sr en 68 Sr?

Bleek uit Emmense bromfietser arrest

Wat besloot HR in Emmense Bromfietser arrest?

dat de gepleegde strafbare feiten (26 WvW en 453 Sr) juridisch wel zeer kunnen worden onderscheiden maar in casu zo verweven waren met elkaar en algen zo in elkaars verlengde, zowel tav de gelijktijdigheid als tav het verwijt dat gemaakt kon worden, dat ze als één feit in de zin van art 68 Sr dienden te worden opgevat. Ook in latere arresten werd dit cirerium bij uitleg 68 toegepast.

Welke vraag blijft na Emmense Bromfietser arrest?

onder welke omstandigheden gesproken kan worden van een zodanig verband met betrekking tot de gelijktijdigheid van de gedragingen en de wezenlijke samenhang in handelen en in de schuld vd dader.
Antwoord blijkt niet eenduidig uit jurprud

Wat is bij uitleg feit begrip in de samenloopbepalingen van art 55 ev Sr doorslaggevend (na 1961)?

de juridische strekking van de bepalingen is doorslaggeven om te bepalen of sprake is van één of meerdere feiten.

Hoe dient feit begrip in zin art 68 Sr na 1961 te worden uitgelegd?

ruimer dan van 55. Een duidelijk criterium waaraan getoetst kan worden of sprake is van hetzelfde of verschillende feiten in de zin van deze bepalingen is niet te geven. Wel wordt uit jurprud duidelijk dat, naast de strekking van de onderscheiden strafbepalingen waaronder een gedraging is te kwalificeren is, ook de mate van samenhang hiertussen en het (onderliggende) verwijt dat de verdachte ten aanzien van deze strafbare feiten gemaakt kan worden een rol spelen. Dit dwingt tot casuïstische benadering

Welk standpunt heeft Europese Hof van Justitie vd EG ingenomen tav feit-begrip obv art 54 Schengen Uitvoeringsovereenkomst?

Hof geeft aan dat het criterium voor de duiding van art 54 SUO moet zijn dat er geen tweede keer vervolgd mag worden indien het gaat om een geheel van feiten dat onlosmakelijk met elkaar verbonden is, ongeacht de juridische kwalificatie van deze feiten of het beschermde belang.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo