Kenleer - Grenzen wetenschap

13 belangrijke vragen over Kenleer - Grenzen wetenschap

Hume: Waarom is volgens Hume zekere kennis niet mogelijk?

Zekere kennis over abstracte principes is onbereikbaar. Impressie leiden tot ideeën, maar daarna valt het contact met de realiteit weg. Wordt het abstracter dan dat, dan zijn het louter gewoonten die passioneel zijn gevormd op basis van ervaring. Alles wat men daarover meent te weten is hypothetisch geloof.

Hume: Hoe kijkt hij tegen de wetenschap aan?

Hume was van mening dat alles wat uit de naam van de wetenschap gezegd wordt te herleiden moet zijn tot enkelvoudige impressies. (copy principle). Als de herleiding niet lukt, is de betreffende abstractie een resultaat van de gewoonte om uniformiteit in de wereld te zien. Wat overblijft voor de wetenschap zijn de ideeën die rechtstreeks uit de werkelijkheid afgeleid kunnen worden en de samenstelling van die ideeën tot grotere gehelen. Alleen bij mathematica, uitspraken over kwantiteit en aantal is abstractie toegestaan.


Hume: Wat bedoelt Hume met dat hij stelt dat gewoontevorming de basis van onze kennis is?

Gewoontevorming ontstaat door succesvol passies te combineren met situaties, handeling en gedrag. Als de situaties succesvol is, is dit te gebruiken voor de volgende keer. De scheiding tussen succesvol en niet succesvol handelen is dus de basis van onze kennis.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hume: Wat is Hume’s meest belangrijke empirische analyse van drogredenen en illusies?

De conclusie dat er een causale relatie bestaat tussen twee gebeurtenissen of dingen. Hierin kan men niet warnemen dat de ene gebeurtennis daadwerkelijk de oorzaak is van de andere gebeurtennis. Dat begrip van oorzakelijkheid veronderstelt namelijk een noodzakelijke relatie tussen twee gebeurtenissen, en die noodzakelijkheid ziet men volgens Hume niet. Hume verwijst hier naar het inductieprobleem: wetmatigheid is nooit vast te stellen op basis van een beperkt aantal waarnemingen. De wetmatigheid is louter een aanname.

Hume: Wat zijn de epistemologische gevolgen van Hume’s psychologische theorie?

Als men inzicht wil hebben in menselijk gedrag heeft het volgens Hume geen zin om te vragen naar hun motivaties. Men moet zoeken naar de regelmatige volgorde waarin hun gedrag verschijnt in specifieke situaties. Als men daarin voldoende inzicht heeft, kan men hun gedrag voorspellen en zo ook de sociale wereld beheersbaar maken.
Deze overtuigingen vormen geen basis voor zekere kennis, het zijn associaties die in het dagelijks leven goed werken. De wetenschapper doet echter het zelfde. Associaties vormen op basis van ervaring, en hiermee zal de wetenschapper nooit zekere kennis vergaren.

Kant: Wat zijn de 2 verschillen tussen Hume en Kant?

1. Mensbeeld
2. Epistemologie

Kant: Wat is op basis van de analytische/synthetische a priori/ a posteriori analyse het verschil tussen Kant en Hume?

Analytische a priori en synthetische a posteriori kennis is akkoord voor zowel Hume als Kant. Analytische a posteriori kennis is volgens allebei niet mogelijk. Zij verschillen over synthetische a priori kennis. Dit is volgens Hume een verzinsel wat je niet mag gebruiken in de wetenschap.

Kant: Wat tis het cruciale verschil in het mensbeeld tussen Hume en Kant?

Hume noemt de mens feilbaar, wetenschappers zijn gewone mensen die beperkingen en grenzen opleggen aan de wetenschap.
Kant verheft de mens tot schepper door beperkingen als categorieën te benomen.
Kant heeft twee categorieen van voorschriften voor menselijk gedrag:
Hypothetische imperatieven: schrijven praktisch voor hoe alledaagse doelen te bereiken zijn. Bv als je honger hebt moet je eten.
Categorische imperatieven: onweerlegbare zedelijkeplichtens zoals: doe nooit een belofte als je van te voren weet deze niet te kunnen nakomen. Menselijke vrijheid zit in deze categorische imperatieven al dan niet na te volgen

Kant: Hoe reproduceer je Kants bewijs voor het bestaan van het ‘synthetische a priori’?

Kant stelt dat zoiets als causaliteit synthetische a priori kennis is. Men weet zeker van dit bestaan af via het verstand, dus niet door de zintuigen. Oorzakelijkheid is dus een synthetisch a priori gegeven over de wereld.

Kant: Wat is het verschil tussen Hume’s en Kants opvatting van oorzakelijkheid?

Bij Hume is er 1 wereld waarin oorzakelijkheid niet kan plaats vinden. Kant heeft 2 werelden, waarin alleen dingen gezegd kunnen worden over de fenomenale wereld. In de fenomenale wereld kan men dingen met zekerheid stellen. Hierin kan men dus causaliteit waarnemen en die met zekerheid vaststellen. In de fenomenale wereld dringen dergelijke a priori gegevens zich namelijk gewoon op.

Kant: Wat zijn de vier stadia waarin kennis volgens Kant, kan verkeren? en hoe licht je dit toe?

Stadium 1: verveelvoudiging van sensaties
stadium 2: verveelvoudiging van verschijningen
Stadium 3: verveelvoudiging van ervaringen
Stadium 4: verveelvoudiging van kennis

Kant: Wat is het verschil tussen analytische en synthetische uitspraken?

Analytische uitspraken zijn ontegenzeggelijk waar. Er is met zekerheid vast te stellen dat de uitspraak op logische gronden waar is. Men leert echter niets nieuws van deze uitspraak. Voorbeeld: deze vrijgezel is ongetrouwd.
Een synthetische uitspraak voegt kennis toe. Deze uitspraken zijn niet noodzakelijk waar op logische gronden. Onderzoek is nodig om te kijken of de uitspraak waar is. Voorbeeld: deze vrijgezel is blond.

Kant: Wat is de verveelvoudiging van sensaties?

Men ontvang prikkels uit de noumenale wereld, die een veelvoud aan sensaties in onze zintuigen teweegbrengen. Dit stadium is te vergelijken met de eerste fase bij Hume, het gaat om prikkels uit de werkelijkheid die ruwe impressie achterlaten.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo