Het klassieke beeld van wetendachap - De wetenschappelijke revolutie
21 belangrijke vragen over Het klassieke beeld van wetendachap - De wetenschappelijke revolutie
Wanneer is volgens het publieke bewustzijn ons beeld van (klassieke) wetenschap ontstaan?
In de zeventiende eeuw, tijdens de wetenschappelijke revolutie.
Wat is de relatie tussen theorie, empirie en wet in dit klassieke wetenschapsbeeld?
Wetenschappelijke inzichten worden geformuleerd in theorieën, die bevatten wetten, deze wetten specificeren empirische regelmatigheden. Deze hebben een universeel karakter: de geformuleerde wetmatigheden gelden voor alle gevallen binnen een bepaald domein van verschijnselen.
Waarom klopt het beeld dat wetenschap iets moderns en Westers is niet?
Omdat Arisoteles, Pythagoras, Plato en Ptolemeus al voor en vlak na het begin van de jaartelling systhematisch wetenschappelijk onderzoek deden. China kende al voor de jaartelling een wetenschappelijke traditie onafhankelijk van het Westen en in de Middeleeuwen bloeiden de Islamitische wetenschappen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke combinatie van methoden maakte de wetenschappelijke klassieke wetenschappen in Europa dan zo bijzonder? En welke uitvinding hielp bij de verspreiding van de kennis?
De combinatie van wiskundige technieken en experimenten (systhematische waarnemingen), gestimuleerd door de ontwikkeling van meetinstrumenten zoals de thermometer en de teloscoop. De uitvinding van de boekdrukkunst maakte snelle verspreiding mogelijk.
Wat was het verschil tussen de academies die in de 17de eeuw werden opgericht en de universiteiten die in Europa allang bestonden?
De academies waren wetenschappelijke genootschappen die streefden naar wetenschappelijke vooruitgang door middel van onderlinge samenwerking en richtten zich alleen op discussies over natuurfilosofische kwesties. De universiteiten hadden een schalastische traditie, die zich richtte op theleogie en het bestuderen van antieke teksten, wat de leden van de academies vruchteloos en soms zelfs maatschappelijk gevaarlijk vonden.
Welke rol speelde de politieke/maatschappelijke situatie bij de verwerping van religieuze kwesties door de nieuwe academici?
Het was een tijd van burgeroorlogen en religieuze twisten: ze ware bang dat openbare debatten hierover alleen maar tot meer onrust zou leiden.
Waarom hadden de academici niets met de humanistische traditie van de Renaissance?
Omdat ze vonden dat de retorische elegantie afleidde van de feiten, en het bestuderen van oude teksten in hun ogen geen kennis zou opleveren.
Welke vier aspecten moeten we kennen van een ding om het ding te kennen?
De vier oorzaken:
1. de materiele oorzaak (waar het uit bestaat: bijv. marmer)
2. de bewerkingsoorzaak (de vereiste maker: een beeldhouwer)
3. de vormoorzaak (het achterliggende principe dat het ding maakt tot wat het is (afb. van Zeus)
4. de doeloorzaak: welk doel het ding heeft (het uitdrukken van schoonheid)
Welke wetenschapper beinvloedde tot aan de Renaissance de heersende opvattingen van wetenscha, wannneer leefde hij en wat was zijn onderzoeksgebied?
Aristoteles (384-322 v Chr.) had een enorm samenhangend geheel van kennis geformuleerd, waaronder logica, natuurkunde, biologie, politieke theorie, poetica, retorica en metafysica.
Waarom is de opvatting van Aristoteles teleologisch?
Hij legt de nadruk op de doeloorzaak van de dingen: hij verklaart de waargenomen dingen in termen van de functie die ze vervullen of het doel dat ze nastreven. Alle beweging is de verwezenlijking van een potentie en het streven naar een specifiek doel.
Waarom verwerpt Aristoteles de de pythagoreïsche-platoonse opvatting dat wiskundige verhoudingen een onderlinge werkelijkheid behelzen die reëler is dan de waarneembare wereld en waarop verwerpt hij experimenten?
Omdat deze opvatting zich beperkt tot vormoorzaken. Wetenschappelijke kennis mag niet te ver van de alledaagse waarneming afdwalen: experimenten bijvoorbeeld kunnen nooit tot algemene kennis van de natuur leiden omdat ze ingrijpen in de natuur en deze dus veranderen. Waarnemingen tijden een experiment zijn kunstmatig.
Welke verhoudingen hadden lichaam, geest, schepping en universum bij Galenus?
Tussen lichaam en geest of tussen materie en geest bestaat geen tegenstelling of scheiding. De mens is een microkosmos en zodoende een weerspiegeling van de makrokosmos (het universum). De wetten van de schepping in zijn geheel zijn dezelfde wetten die de mens beheersen.
Wat zijn twee belangrijke 'eerste principes' bij Aristoteles?
1. Alle natuurlijke beweging is beweging naar een natuurlijk rustpunt.
2. Alle gedwongen beweging vereist een voortdurende inspanning van de beweger.
Wat was het verschil tussen de opvattingen over de kosmos van Aristoteles en Ptolemeus?
Aristoteles heeft als uitgangspunt dat de hemellichamen in een perfecte cirkel rond de aarde draaien. Ptolemeus aanvaardt dit maar doet waarnemingen die hier niet mee stroken, dus stelt hij dat de planeten allemaal nog een extra cirkelbeweging maken (de epicyclus).
Waarom was de visie op Ptolemeus' sterrenkunde instrumentalistisch?
Omdat het niet helemaal aansloot op de aristotelische ideeën, maar het was slechts een hulpmiddel, een instrument voor gebruik, dus zijn theorie hoefde niet opgevat te worden als een fysiek correcte beschrijving van de werkelijke (realistische) beweging van de planeten.
Wat zijn volgens Aristoteles de vier oorzaken van de mens?
1. materieel: alles waar ons lichaam uit bestaat.
2. bewerkingsoorzaak: zijn ouders
3. Vormoorzaak: onze ziel, die ons maakt tot wat we zijn
4. doeloorzaak: het goede leven.
Wie was Galenus en waar was zijn leer op gebaseerd?
Galenus (129-199) hield zich bezig met medische kwesties. Zijn leer gaat uit van de vier sappen/humeuren in het menselijk lichaam, die met elkaar corresponderen, met de elementen van materie (aarde, water, lucht en vuur) en met de dominante karaktertypen van de mens. Lichamelijke en geestelijke gezondheid bestaat uit de balans van de vier sappen.
Galileo Galilei neemt op twee punten afstand van Aristoteles. Welke?
- Wiskundige taal moet ook gekend worden. Kennis kan niet alleen worden opgedaan uit observaties
- Dit uitgangspunt leidt tot een onderscheid in primaire kwaliteiten (essentieel voor fysieke object) en secundaire kwaliteiten (geen eigenschap van de dingen zelf, maar illusies)
Beroemde uitspraak van Bacon?
Waarom was er in de middeleeuwen kritiek op de astrologie en de alchemie?
Omdat de Ptolemeische opvatting van deze onderzoekers dat de stand van sterren en planeten invloed heeft op het karakter van de mensen afbreuk zou doen aan de goddelijke almacht.
Wat wordt bedoeld met gendermetaforen en wie gebruikt deze term?
Het omschrijven of verbeelden van dingen of verschijnselen als typisch mannelijk of vrouwelijk. Wetenschapshistorica Keller betoogt dat de ontwikkeling van de moderne wetenschap niet goed begrepen kan worden zonder aandacht voor de rol die gendermetaforen in de vorming van de doelen en de waarden van de nieuwe mechanistische filosofie hebben gespeeld.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden