Samenvatting: Wiki Oefenvragen
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Wiki oefenvragen
-
1 PP1 Inleiding
Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer spreekt men in aanwezigheid van psychische symptomen van een psychiatrische stoornis?
Psychiatrische symptomen ontstaan door verstoringen in psychische functies van hersenen.
1.Er moet sprake zijn van significante subjectieve lijdensdruk (het draait om hoe iemand zelf het ongemak of de problemen ervaart, ongeacht hoe ernstig anderen de situatie inschatten) of beperkingen in het sociale of beroepsmatige functioneren, of in het functioneren op andere belangrijke terreinen.
2.De stoornis gaat gepaard met gedachten, gevoelens of gedragingen die buiten de norm vallen. Die norm kan statistisch of maatschappelijke zijn; wat in de betreffende cultuur als abnormaal wordt beschouwd. -
Wat zijn predisponerende, luxerende en onderhoudende factoren?
Predisponerend = maken persoonkwetsbaar voor het ontwikkelen van eenpsychiatrische stoornis (genetische predispositie ,psychotrauma , ontbreken van sociale steun)Luxerend = stressor (infectieziekte , verlies partner/baan,verslaving )Onderhoudend -
Welke hoofdgroepen mentale functies vallen respectievelijk onder de cognitieve, affectieve en conatieve functies?
Cognitief --> aandacht, bewustzijn, denken,oriëntatie ,geheugen, perceptueel motorische functies,intellectuele functies, sociaalcognitieve functies,voorstelling , waarneming enzelfwaarneming ,Affectief --> affect, stemming,sociaal-emotionele functiesConatief -->psychomotoriek (fietsen, schrijven, dansen), motivatie en gedrag -
Is de psychiatrische diagnostiek categoriaal of dimensionaal?
In psychiatrie categorialeclassificatie --> kwalitatief onderscheid tussen gezondheid en ziekte, er is niet geen sprake van een continuüm. -
Wat is de rol van oorzakelijke factoren bij de classificatie van psychiatrische stoornissen volgens DSM-5?
DSM-5
DSM heeft 17categorieën metonderverdeling vanpsychiatrische stoornissen
-Operationele definities
-Kern enfacultatieve symptomen
- Minimaal # symptomen
-Minimumduur symptomenClassificaties grotendeels descriptief van aard
Er wordt aangegeven of eraanwijzingen zijn voor bepaaldepsychosociale spanningsbronnen die van belang zijn voor diagnose,behandeling ofprognose
Sociaal en fysiek functioneren kan worden vastgesteld met WHOdisability assessmentscale (WHODAS -2)
De DSM-5 isetiologisch neutraal . -
Hoe wordt omgegaan met psychosociale stressoren en disfunctioneren bij het classificeren van ziekten in de DSM-5?
In de DSM5 wordt aangegeven of er aanwijzingen zijn voor bepaalde psychosociale spanningsbronnen die van belang zijn voor diagnose, behandeling of prognose.
Sociaal en fysiek functioneren kan worden vastgesteld met WHOdisability assessmentscale (WHODAS -2) -
Wanneer wordt een omgevingsfactor ervaren als een stressor?
Een stressor wordt pas stresserend als iemand betekenis eraan geeft. Stress hangt samen met individuele, hoogstpersoonlijke evaluatie van belastende of bedreigende situaties. -
2 PP2 Hersenen
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn voor de psychiatrie de belangrijkste functies van de pariëtale, temporale en frontale cortex?Parietal, temporaal, frontaal, prefrontaal
Meestepsychiatrische symptomen houden verband met veranderingen incorticale functies.
Decorticale gebieden zijn:
-Parietaal =somatosensorische schors
-Temporaal =hippocampus enamygdala (emotie, motivatie)
-Frontaal =motoriek ,cognitieve functies (planning )
-Prefrontale cortex (pineas cage) =integratie van zintuigelijke informatie en herinneringen
Informatie uitsensorische gebieden komt in prefrontale cortex samen, informatie over internepsychische toestand komt vanuitlimbische structuren. Emoties (impulsen) wordengemoduleerd met deuitkomst in gedragPrefrontale cortex nauweintegratie metlimbisch systeem -
Wat zijn voor de psychiatrie de belangrijkste functies van het limbische systeem, de nucleus accumens en de basale ganglia?Wat doet de thalamus?
Limbisch netwerk =verbinding corticale ensubcorticale structuren
Structuren =hypothalamus ,hippocampus , amygdala, nucleusaccumbens
Verbindingen = autonomezenuwstelsel ,endocrien systeem,beloningssysteem
Functies zijn geheugen, leren, emoties en motivatie
De nucleusaccumbens + ventraletegmentale gebied =beloningssyssteem
De basale ganglia =psychomotoriek (en het leren hiervan), emotionele regulatie en cognitieve controle (hoe reageren op beloning, planning).
De thalamus istussenstation bij hetdoorgeven van zintuigelijke informatie naar hogerecorticale gebieden
- Direct (snel)angstrespons = via thalamus --> amygdala
- Indirect (modulatie )angstrespons = viahippocampus enprefrontale cortex --> amygdala -
Wat zijn de kenmerkende situaties waarin het terugvalnetwerk, het centraal-executieve netwerk en het saliëntienetwerk geactiveerd worden?
Basisnetwerk =rustnetwerk ,terugvalnetwerk = default mode network (DMN )
- Actief inrusttoestand , hangt samen met bewustzijn
-Serotonine belangrijkeneurotransmitter
-Taak-negatief --> actieve bij depressie
-Lokalisatie = mediaal,prefrontaal , parietaalCentraal-executief netwerk = uitvoerend netwerk (CEN )
- Actief bij taken zoals aandacht,werkgeheugen , cognitievebesluitvorming
-Taak-positief --> hyporactief bij depressie
-Lokalisatie =dorsolateraal prefrontaal , parietaalSalientie netwerk
- Actief bij pijn en hevige emoties
- Geven van betekenis en relevantie aan prikkels, relevante prikkels aangeduid met dopamine --> hyperactief bij psychose
-Lokalisatie = insula, anterieure cingulaire cortex
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden