Syllabus PMG - Nieren en nierfunctie
8 belangrijke vragen over Syllabus PMG - Nieren en nierfunctie
De oppervlakteprojectie van de nieren op de dorsale rompwand aanwijzen
De nierfascieën en peri- en para-renaal vet beschrijven
Buiten de renale fascie ligt posterieur het paranephric fat (pararenaal vetlichaam), wat ook het extraperitoneaal vet van de lumbale regio vormt. De renale fascie loopt aan de craniale zijde over in de fascie van het diafragma. Aan de caudale zijde zijn de anterieure en posterieure lagen van de renale fascia losjes of niet verbonden.
De drie potentiële locaties van constrictie in de ureteren aanwijzen en beschrijven.
1.De overgang van renale pelvis naar de ureters (pyelo-ureterale overgang)
2. Waar de ureters de bekkenrand (pelvic brim)/a. iliaca externa passeren. (pelvic brim rand pelvic inlet-> scheiding grote bekken /kleine bekken)
3. Bij de passage door wand urineblaas.
Deze locaties zijn ook potentiële locaties voor obstructie door nierstenen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
De bloedvoorziening en positie van de nieren tijdens de embryonale ontwikkeling, en de relatie met aangeboren nierafwijkingen beschrijven.
Tijdens positieverandering nieren ontvangen ze bloed bloedvaten dichtbij. Eerst ontvangen meta-nieren bloed van vertakking a. iliaca communis. Tijdens craniaal bewegen worden ze gevasculariseerd door steeds hoger gelegen takken aorta abdominalis. Hierbij zullen de lager gelegen aftakkingen meestal verdwijnen, maar niet alle.
Wat doet Anti Natriuretisch Peptide (ANP)
Geactiveerd en afgegeven door atria wanneer deze te ver wordt uitgerekt (HT). Tegenhanger RAAS.
-Door hoge druk, hoge GFR, meer Na+ uitscheiding.
-Remt Na+ terugresorptie in proximale tubulus en verzamelbuis.
-Remt RAAS en ADH.
Gevolg: lichaam water kwijt, cardiac output verlaagd.
Capillairen beter permeabel(ANP)
Wat is de rol van de sympaticus bij de volumeregulatie?
-Minder volume in lage druk deel circulatie.
-Verlaagde druk in hoge druk deel circulatie.
Effect sympathicus activatie:
-Constrictie afferente EN efferente arteriolen
Beschrijf de fundamentele mechanismen die verantwoordelijk zijn voor de uitwisseling van water en elektrolyten tussen de verschillende lichaamscompartimenten
Verdeling vloeistof intra- en extracellulaire compartimenten vnl osmose. Celmembraan is hoog permeabel voor water, niet voor ionen.
Osmose: diffusie van water over membraan , water verplaatst van weinig naar veel opgeloste deeltjes.
Hoeveelheid opgeloste deeltjes in vloeistof= osmolariteit (osmoles/L).
● 80% osmolariteit in ECF afkomstig van Na+ en Cl- ionen.
● 50% osmolariteit in ICF afkomstig van K+.
Welke stoffen grijpen in op renale terugresorptie en op welke locatie?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden