Samenvatting: Youlearn Practicum Experimenteel Onderzoek
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van yOUlearn Practicum Experimenteel Onderzoek
-
1 Thema 1 Experimentele designs en validiteit
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
1.2 Bedreigers van interne en externe validiteit
Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer spreek men over validiteit?
Als men spreekt over validiteit dan vraagt men zich af in hoeverre het onderzoek vrij is van bias. -
1.4 Experimentele designs
Dit is een preview. Er zijn 22 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4
Laat hier meer flashcards zien -
Noem de vier hoofdcategorieën van experimentele designs.
pre-experimentele designs zuivere-experimentele designs quasi-experimentele designs longitudinale designs
Er zijntalloze experimentele designs mogelijk, maar de essentie die al dezedesigns verbindt is dat het design eenfijngeslepen meetinstrument is om zo veel mogelijkverstorende factoren uit tesluiten . Uiteindelijk is het doel van eenexperiment omcausaliteit te kunnen vaststellen middelsMills methode. Van onderzoek tot onderzoek kan verschillen welkegevaren er op de loer liggen. -
2 Thema 2 Factoriële designs
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Leerdoelen van Factoriele designs:
- het concept dat veel toetsen uitvoeren de betrouwbaarheid van onderzoek kan schaden
- hoe extra variabelen onderzoekers in staat stellen om de kwaliteit van hun experiment te toetsen
- hoe gemiddelde verschillen tussen twee of meer groepen getoetst kunnen worden met een t-toets en one-way ANOVA
- hoe gemiddelde verschillen tussen groepen over meer variabelen getoetst kunnen worden met een factoriële ANOVA
- wat interactie-effecten zijn en hoe effecten tussen groepen afhankelijk kunnen zijn van andere variabelen.
-
2.1 Kanskapitalisatie
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom kan het uitvoeren van veel toetsen de betrouwbaarheid van het onderzoek schaden?
Nog uitzoeken -
2.3 T-toetsen
Dit is een preview. Er zijn 12 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is de algemene procedure voor het uitvoeren van een t-toets in SPSS?
In SPSS kan de volgende syntax worden gebruikt voor een onafhankelijke t-toets:
T-TEST GROUPS=naam onafhankelijke variabele(0 1)
/VARIABLES=naam afhankelijke variabele.
Voor een gepaarde t-toets is dit de volgende syntax:
T-TEST PAIRS=naam onafhankelijke variabele WITH naam afhankelijke variabele (PAIRED).Verken data:controleer opoutliers , normale verdeling,homogeniteit etcetera door middel vanboxplots ,histogrammen ,descriptive statistics ;- Laat de
t-toets draaien (bootstrap als er problemen zijn met de data); - Bereken de omvang van het effect.
-
Hoe moet bij een gepaarde t-toets de output in SPSS worden geinterpreteerd?
De output bestaat uit vier tabellen (drie als er niet gekozen wordt voor bootstrapping). De tabel met de beschrijvende statistiek is identiek aan de onafhankelijke t-toets.
Daarna volgt een tabel met de Pearson correlatie, de bijbehorende significantie en het betrouwbaarheidsinterval.
In de derde tabel staat het verschil in gemiddelden, de standaarddeviatie van de verschilscores en de standaardfout van de verschilscores. Daarnaast wordt de waarde van t vermeld met de bijbehorende vrijheidsgraden (df) (N per conditie - 1) en de p-waarde (Sig. (2-tailed)). Als de p-waarde groter is dan de alpha, dan is het verschil niet significant. -
Wat is van belang bij het rapporteren over vergelijkingen van twee gemiddelden?
Bij hetrapporteren wordt het volgende vermeld:- de
bevinding waaraan de test is gerelateerd (bijvoorbeeldparticipanten met eenonzichtbaarheidsmantel haalden gemiddeld meer streken uit dan departicipanten zonderonzichtbaarheidsmantel ); - de test
statistiek :gemiddelden ,standaardfout ,t-waarde enp-waarde (bijvoorbeeld t(df) = waarde, p =waarde) ; - de
vrijheidsgraden ; - de
betrouwbaarheidsinterval ; - de
effectmaat .
- de
-
TKN: Waar worden de interpretatierichtlijnen en wijze van berekenen van effectgrootte vermeld?
In het boek vanField wordt per hoofdstuk een effectgrootte berekend engeïnterpreteerd . In dedesbetreffende paragrafen worden algemeneinterpretatierichtlijnen besproken en hoe deeffectgrootten berekend kunnen worden. In tabel 1 vind u een overzicht van toetsen en deeffectgrootten die inField besproken worden.TOETS en EFFECTGROOTTE en hoofdstuk inField T-toets : r enCohen ’s d (hoofdstuk 10)One-way ANOVA : ω2 en r (hoofdstuk 12)ANCOVA : partial η2 en r (hoofdstuk 13)Factorial ANOVA : ω2 en r (hoofdstuk 14)One-way repeated measuresANOVA : ω2 en r (hoofdstuk 15)Mixed effectANOVA : r (hoofdstuk 16)
-
2.4 Factoriële ANOVA
Dit is een preview. Er zijn 33 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.4
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe wordt de total sum of squares (SSt) berekend?
Om detotale hoeveelheid variatie binnen onze data te vinden, berekenen we het verschil tussen elk geobserveerddatapunt en het algemene gemiddelde. We nemen hetkwadraat van deze verschillen entellen deze op om detotale sum ofsquares (SSt ).
We kunnen detotale sum ofsquares ook berekenen opbasis van devariantie van alleobservaties (grand variance ). Degrand variance is de variatie tussen allescores ,ongeacht de groep waaruit descores afkomstig zijn.
Bij de SSt is het aantal vrijheidsgraden de totale N minus één. -
Welke twee alternatieven zijn er naast het gebruik van dummy codering?
Planned contrasts : bijcontrast coderen wordt eengewicht toegekend aan groepen indummy variabelen omgeplande contrasten ofgeplande vergelijkingen uit te voeren;Post hoctesten : elke groep met elke andere groep vergelijken met eent-statistiek , waarbij eenstrenger acceptatie criterium wordt gehanteerd om deerror rate op 0.05 te houden.
contrasten als specifiekehypothesen worden getoetst, terwijl post hoctesten worden gebruikt als er geen specifiekehypothesen zijn.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden