E-module histologie van pees- en spierweefsels

10 belangrijke vragen over E-module histologie van pees- en spierweefsels

Wat zijn type IIx spiervezels?

Type IIx spiervezels heeft eigenschappen die op metabolisch en fysiologisch niveau tussen type IIa en type IIb in zitten.

Op histologisch niveau is het onderscheid tussen verschillende spiervezeltypes ook terug te zien. Hoe zie je dit?

Vezels van type I spiervezels hebben hoge niveaus van het zure ATPase en zijn daarom donkerder weergegeven (bruiner/ roder). Type IIB worden het lichtst weergegeven en de type IIA vezels zijn qua kleur meestal lichtbruin/ lichtrood weergegeven.


SO = slow oxidative = Type I
FOG = fast oxidative glycolytic = Type IIA
FG = fast glycolytic = Type IIB 

Naast het verschil in type spiervezel kan er ook nog onderscheid worden gemaakt op basis van verschillende spiervezel richtingen. De volgende groepen zijn hierbij te onderscheiden:

  • Fusiforme spieren
  • Pennate spieren
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat zijn Fusiforme spieren:

In fusiforme spieren lopen de spiervezels in de lengterichting van de longitudinale as van de spier en worden ook wel parralelvormige/ longitudinale spieren genoemd. Een voorbeeld van een fusiforme spier is de m. biceps brachii.

Wat zijn pennate spieren?

In pennate spieren lopen de spiervezels in een hoek met de longitudinale as van de spier. Deze hoek kan variëren per spier, maar is maximaal ongeveer 30°. Bij pennate spieren is de spiervezellengte (FL) dus relatief kort in vergelijking met de spierlengte (ML). Een voorbeeld van een pennate spier is de m. vastus lateralis.

Wat is de fysiologische dwarsdoorsnede?

De fysiologische dwarsdoorsnede (PCSA = Physiological Cross Sectional Area) is de dwarsdoorsnede van de spier die loodrecht op de vezelrichting loopt. De fysiologische dwarsdoorsnede in figuur 5.2 in het groen weergegeven.

Wat is de anatomische dwarsdoorsnede?

De anatomische dwarsdoorsnede (ACSA = Anatomical Cross Sectional Area) is de dwarsdoorsnede loodrecht op de longitudinale as van de spier. De anatomische dwarsdoorsnede is in figuur 5.2 in het blauw weergegeven.

Wat geldt voor de fysiologische dwarsdoorsnede bij pennate spieren?

In pennate spieren lopen de spiervezels in een hoek met de longitudinale as van de spier. In vergelijking met een fusiforme spier heeft de pennate spier dus een grotere fysiologische dwarsdoorsnede. Dit heeft tot gevolg dat pennate spieren relatief meer kracht kunnen leveren door een grotere PCSA.

Wat zie je bij fusiforme spieren wanneer die worden aangespannen?

Wanneer een spier met fusiforme spiervezels aanspant en de spiervezels verkorten, dan vertaalt deze verkorting van spiervezels zich direct terug in een spierverkorting. Dit onder andere omdat de spiervezels parallel aan de lengteas van de spier lopen. Het gevolg hiervan is dat fusiforme spieren relatief een hoge verkortingssnelheid hebben.

Welke van de onderstaande stellingen is juist?

Stelling 1: Spier A heeft relatief gezien een snellere verkortingssnelheid in vergelijking tot spier B

Stelling 2: Spier B heeft relatief gezien een kleinere fysiologische dwarsdoorsnede (PCSA) in vergelijking tot spier A

Stelling 1

Spier A is een spier waarbij de spiervezellengte (FL) bijna gelijk is aan de spierlengte (ML), hierdoor is de verkortingssnelheid groter in vergelijking tot spier B waarbij de spiervezellengte veel korter is dan de spierlengte.


Spier B is een pennate spier, hierdoor is de fysiologische dwarsdoorsnede (PCSA) van spier B relatief groter in vergelijking tot spier A. Hierdoor kan de spier ook een grotere kracht leveren.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo