Inleiding in de ziekteleer - Zoönosen & schade door ziekteverwekkers
6 belangrijke vragen over Inleiding in de ziekteleer - Zoönosen & schade door ziekteverwekkers
Welke ziekteverwekkers (6x) zijn als zoönose belangrijk in de diergeneeskunde?
2. Trichofytie/ microsporie; schimmel = hardnekkig
3. Toxoplasmase; protozo
4. Toxocariasis; endoparasiet (spoelworminfectie); goede hygiëne en ontworming zijn van groot belang.
5. Otodectes en Cheyletiella; ectoparasiet (mijt); behandelen van dier is voldoende om bij mens te stoppen
6. Kattenkrabziekte; bacterie via vlooienpoep; behandeling middels antibiotica
Welke preventieve maatregelen kan je treffen om besmetting met zoönose te voorkomen?
- niet eten/drinken/roken in ruimtes waar dieren zitten of hun mest
- was altijd je handen voordat je gaat pauzeren en na elke patient
- draag werkkleding en was deze op de praktijk op 60gr./normaal programma
- natte was ophangen of in de droger drogen
Welke factoren zorgen voor een verhoogd risico op ernstiger verloop van zoönose?
- andere aandoeningen; hart, milt, lever of nieren
- verminderde afweerapparaat door bep. medicijnen
- verminderde weerstand door huidwonen / aandoeningen zoals eczeem
- zwangere vrouwen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe wordt schade door ziekteverwekkers veroorzaakt?
- exotoxinen (door levende ziekteverwekker)
- endotoxinen (bij sterfte ziekteverwekker)
2. Weefselbeschadiging
- indirect (via toxinen)
- direct (via ziekteverwekker)
3. Koorts
4. Verlies van bloed en weefselvocht
5. Stress en verminderde weerstand
6. Eetlustvermindering
7. Verminderde vertering en resorptie
8. Verlies nutriënten uit darm/bloed
9. Maken van entreepoorten voor ziektekiemen
10. Onrust
11. Overbrengen van ziekten
12. Mechanische problemen
Hoe ontstaat indirecte weefselbeschadiging en wat is het gevolg?
- Degeneratie (orgaanafbraak)
- Necrose (afsterving)
- Uremie (bloedarmoede)
Hoe ontstaat directe weefselbeschadiging?
- alle virussen
- sommige bacteriën, schimmels, coccidiose
- vele ecto- en endoparasieten (migrerende larven)
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden