Maag - Reactiviteit van maagslijmvlies en maagontstekingen

10 belangrijke vragen over Maag - Reactiviteit van maagslijmvlies en maagontstekingen

Welke 4 morfologische reacties kent het maagslijmvlies?

  1. Hyperplasie van slijmbekercellen: pseudopylorische metaplasie (ipv hoofd en parietaal) of intestinale metaplasie (ipv epitheel)
  2. Atrofie, degeneratie en necrose van epitheel en lamina propria, eventueel met erosies en ulcera
  3. Toegenomen (foveolaire of glandulaire hyperplasie) of afgenomen proliferatie (slijmvliesatrofie) van maagepitheel (nekcellen).
  4. Onstekingsreactie in lamina propria

Waar kan een acute catarrale enteritis door worden veroorzaakt?

Infectieuze agentia en niet-infectieuze zaken zoals voer, corpora aliena, thallium, uremie.

Hoe kenmerkt een acute catarrale enteritis zich macro- en microscopisch?

Macro: veel slijm, hyperemie, verdikking slijmvlies.
Micro: exsudaat bestaat uit sereus vocht met weinig ontstekingscellen, vooral neutrofielen.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer spreken we van een purulente gastritis en wat voor morfologisch effect heeft dit?

Indien we veel neutrofielen aantreffen. Kan door necrose zorgen voor erosies en ulcera.

Hoe ziet een acute hemorragische gastritis eruit en bij welke dieren treffen we dit vaak aan en wat zien we verder bij die aandoening?

Sterke hyperemie en hemorragie in de (sub)mucosa, soms bloed in het lumen. Je ziet het sterk bij honden met uremie. Verder zie je een lege maag met bloed erin en een ammoniaklucht.

Hoe kan een fibrinonecrotiserende gastritis voorkomen en wat voor laesies kunnen hierbij ontstaan?

Diffuus of lokaal, erosies en/of ulcera

Wat kenmerkt een chronische gastritis?

Veel lymfocyten, plasmacellen, histiocyten en bindweefsel.

Wat kan er met de dikte van de maagwand gebeuren bij chronische gastritis?

Slijmvlies kan dunner worden door pseudopylorische metaplasie. Mucosa kan dikker worden door foveolaire of glandulaire hypertrofie.

Bij welke aandoeningen zien we noduli in het maagslijmvlies?

Trichostrongylose (paard en herkauwer), hyostrongylose (varken), teladorsagiose (schaap en geit) en ostertagiose (rund).

Wanneer spreken we van een chronische lymfofolliculaire gastritis?

In aantal en grootte toegenomen lymfefollikels en chronische ontsteking

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo